Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 14 juli 2025
»Laat mij gaan zien wat zij willen," viel Archibius haar bezorgd in de rede, en hij haastte zich naar de deur, maar juist werd zij geopend door den hofmaarschalk, die haar toeriep: »Marcus Antonius nadert de Lochias, en half Alexandrië volgt hem!"
»Ik denk," antwoordde Archibius, »dat zij aan de wereld dit merkwaardig schouwspel te zien zullen geven: vrienden, die men in dagen van voorspoed heeft opgedaan, en die in tegenspoed getrouw blijven." »Zoudt gij dat denken?" vroeg Iras met fonkelende oogen. »Als dat waar is, dan zou ik hen roemen en prijzen, al waren zij zoo arm als bedelaars! Maar zie eens dáár!
Evenmin als aan zijn zuster, had Archibius aan de beraadslagende mannen en Barine's moeder toevertrouwd, waarheen de jonggehuwden de wijk zouden nemen.
Waar een houtvuur brandt, is een vonk noodig geweest om dat aan te steken. Gij mannen ziet zoo niet hoe zulke vrouwen dat aanleggen. Eén blik, een handdruk, en de vlam slaat uit, wanneer reeds zooveel droge brandstof gereed ligt." »Laat ons de felheid van den brand liever betreuren," zeide Archibius ernstig. »Gij draagt Barine geen goed hart toe."
Daar stond Iras, en naast haar een Syriër van lange gestalte, die in het oogvallend geleek op Philostratus, den voormaligen echtgenoot van Barine. Het was diens broeder Alexas, de vertrouwde gunsteling van Marcus Antonius, bij wien nu ook zijn plaats moest geweest zijn, en Archibius vroeg met een snellen blik aan zijn zuster, hoe deze man bij de Koningin kwam?
Toen Archibius ophield te spreken, verzekerde de jonge vrouw dat zij hem begreep. Zij wees op het portret der negentienjarige koningin, door haar vader geschilderd, waarop de albasten lamp aan de zoldering een helder licht deed vallen, en vroeg hem op den man af: »Was zij in dien tijd niet verwonderlijk schoon?"
Veel wat te haren gunste sprak, was vervat in de brieven van Cæsar en Antonius, die zij in de nachtelijke uren, na den dood van haar gemaal, herhaaldelijk overgelezen had, en die men haar nu juist had gebracht. Archibius en ook de Romein Proculejus hadden haar afgeraden hem geheel alleen te ontvangen.
Dat was slecht nieuws, dat bovendien noodlottig kon worden door het tijdverlies dat er van komen zou. Liep die ezel maar wat harder! Het is waar, Archibius had zijn stal vol paarden, maar wie was zij, om te durven wagen zich daarvan te bedienen. Toch had zij in verloop van tijd iets verworven dat haar met vele vrij- en hooggeborenen gelijk stelde: den goeden naam van betrouwbaarheid en verstand.
Mijn wereld zou verduisterd zijn, en mijn leven niet meer de moeite van het leven waard, wanneer de ijzeren voet van Rome onze zelfstandigheid en vrijheid vertreedt." Dit alles klonk warm en trouw, en Archibius had gretig naar hem geluisterd.
Ditmaal niet!" riep de jonge vrouw uit, en hief smeekend hare handen op. »Ik denk zoo gaarne aan ons nieuwe leven, en als het, zooals ik hoop en wensch, eenmaal komt gelooft gij ook niet, moeder, dat de goden mij dan een vergoeding schuldig zijn?" »Waarvoor dat?" klonk plotseling de zware stem van Archibius, die onaangemeld binnengekomen was, en nu eerst door de beide vrouwen werd opgemerkt.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek