United States or Niue ? Vote for the TOP Country of the Week !


Sinds ik, Amor, op hem werd verliefd, Hebt gij niet zooveel moed als vrees gegeven, Zoodat ik geen enkele maal Hem mijn hartewensch kon openbaren, Die mij zoo in spanning houdt. Het is wreed zoo te sterven. Misschien dat het hem zou behagen, Als hij wist, hoeveel pijn ik gevoel En als gij mij den moed hadt gegeven Om mij het hem te doen weten.

En dit gedeelte is in tweeën te verdeelen: in het eerste zeg ik wat men over haar in den hemel zegt; in het tweede zeg ik wat men over haar op aarde zegt, en wel hier: "In 't hemelsch rijk...." Dit tweede gedeelte is in tweeën te verdeelen, want in het eerste spreek ik over haar met betrekking tot de edelaardigheid harer ziel, een en ander verhalend van de uitwerking harer deugden, welke uit hare ziel voortkomen; in het tweede gedeelte spreek ik over haar met betrekking tot de edelaardigheid van haar lichaam, een en ander van hare schoonheden verhalend, en wel hier: "Spreekt Amor van mijn Vrouwe".... Dit gedeelte is in tweeën te verdeelen, want in het eerste spreek ik van zekere schoonheden welke tot haar geheele persoon behooren, en wel hier: "Wen open...." Dit gedeelte is te tweeën te verdeelen, want in het eerste spreek ik van oogen, welke het begin der liefde zijn; in het tweede spreek ik van den mond, welke het einde der liefde is.

Ja, dat wel.... Als je er maar eens ùit kon.... Wat is er achter het muurtje van het atrium? Eens kijken....? Zij liepen langs het marmeren dolfijntje, dat in zijn staart een Amor omkrinkeld hield, die de voetjes stak in de lucht. En zij heschen zich op, aan het muurtje. Pas op je mooie tuniek, zei Cecilius. Kan mij wat schelen! meende Cecilianus. Ze heschen zich en tuurden uit.

Als sprookje van Amor en Psyche vinden wij het in een roman van den Romeinschen schrijver Appuleius; Raffaël bracht het op doek; Thorwaldsen en Canova belichaamden het in het kille marmer; Calderon achtte het niet te gering, om het te vereeuwigen in een Auto Sacramental.

Het leek mij dat Amor mij riep en deze woorden zeide: "Ik kom van die dame, die langen tijd uwe bescherming is geweest en ik weet dat zij niet zal terugkeeren; en daarom heb ik dat hart, hetwelk ik u bij haar deed hebben, nu bij mij en breng het naar eene dame, die nu voortaan uwe bescherming zal zijn gelijk deze het was"; en hij noemde haar mij, zòò, dat ik haar goed kende.

Het is de periode die opent met de reeds genoemde groote canzone "Gij Vrouwen edel, die de liefde kent" en het sonnet waarin hij spreekt van de ontwaking der liefde in het "edel hart". Dante's taal is nu oorspronkelijker en machtiger, zijn hart rustiger; hij begeert niet meer haar schoonheid, maar prijst alleen haar deugd en als Amor thans weer al zijn zinnen uitdrijft en hem geheel met de gedachte aan haar vervult, is hij niet langer verbijsterd, maar gelukkig.

De jonge Guigemar die altijd de liefde van zich afgeworpen heeft, schiet eens op de jacht op een witte hinde, maar de pijl slaat op hem zelf terug en verwond hem, blijkbaar is de hinde door een fee gezonden om hem voor zijn gevoelloosheid te straffen, evenals Amor bij Ovidius de god van de jacht treft omdat die de liefde veracht heeft.

Te Mazoena wachtten mij mijn paarden en mijn ruiters, Salem, eerste kamerdienaar, en Amor Nefti, eerste kok.

Maar Amor ontnam haar die moeite, omdat Pietro, die haar meermalen in het geheim had gade geslagen, zoo verliefd op haar was geworden, dat hij zich niet wel voelde, als hij haar niet zag; toch vreesde hij haar te toonen wat hij gevoelde, daar dit hem niet wenschelijk scheen.

Welke wijsgeer, welke kunstenaar kon ooit die listen toonen, dit doorzicht, die aanwijzingen, die gij dadelijk geeft aan wie Uw sporen volgt? Zeker, alle andere wetenschap is achterlijk bij de Uwe. Verliefde donna's, ik zal U een list vertellen aangewend door een zeer eenvoudige vrouw, die alleen Amor haar had kunnen leeren. In Arezzo leefde een rijk man, Tofano.