Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 6 oktober 2025


Maar niemand had zoo'n verachting voor tamme ganzen als Akka en haar troep, en hij had hun gaarne willen toonen, dat hij voor hen niet onderdeed. Hij vloog langzaam achter de anderen aan, terwijl hij in zich zelf overlegde, of hij zou omkeeren of doorgaan.

"U ziet wel, dat ik bedroefd ben, omdat ik niet meer een mensch kan worden," ging hij voort. "Maar ik wil u dit toch zeggen, dat ik er geen berouw van heb, dat ik in 't voorjaar met u meêging. Neen, ik wil liever nooit meer een mensch worden, dan dat ik die reis niet zou hebben gemaakt." Akka haalde een paar keer diep adem, voor ze antwoordde.

Een felle westenwind blies bijna den heelen volgenden dag, toen de wilde ganzen over de mijndistricten kwamen, en zoodra ze probeerden naar het noorden te vliegen, werden zij naar het oosten gedreven, maar Akka meende, dat Smirre de vos, in 't oosten van 't land rondzwierf.

Maar in het rotsdal waren ze gewend geweest den heelen dag door te eten, en het duurde niet lang, voor ze naar eten begonnen te verlangen. "Akka, Akka, Akka van Kebnekaise," riepen de jongen klagend. "Wat is er nu?" vroeg de leidstergans. "We hebben zoo'n honger, dat we niet langer vliegen kunnen," schreeuwden de jonge ganzen.

Op den rand van het ooievaarsnest zaten twee katuilen, een oude grijsgestreepte kat en een dozijn stokoude ratten, met scheefgegroeide tanden en loopende oogen. Dat waren nu juist geen dieren, die men gewend was vredig bijeen te zien. Geen van hen bewoog zich om Akka aan te zien, of om haar welkom te heeten.

Maar nadat ze drie dagen hadden gezocht, moesten zij of ze hem hadden gevonden of niet, bij elkaar komen in Noord-west Smaland op een hoogen bergtop, die op een afgehouwen toren leek, en Taberg heette. En toen Akka hun de beste aanwijzingen had gegeven om den weg te vinden, en nauwkeurig beschreven, hoe zij Taberg zouden herkennen, gingen zij uiteen.

Ik wist niet, of ik goed deed met zoo'n misdadiger los te laten, en ik meende, dat het misschien 't beste was hem te laten, waar hij was. Wat vindt u Moeder Akka? Was dat goed gedacht?" "Neen, dat was niet goed," zei Akka. "Men mag zeggen wat men wil van de arenden, maar ze zijn fierder, en hebben hun vrijheid meer lief dan andere dieren, en het gaat niet aan hen gevangen te houden.

Maar dit moet tot eer van den jongen gezegd worden, dat hij geen lof wilde aannemen, dien hij niet had verdiend. "Neen, Moeder Akka," zei hij. "U moet niet denken, dat ik de grijze ratten weglokte om de zwarte te helpen. Ik wou alleen aan Mijnheer Ermerik toonen, dat ik ook ergens voor deugde."

Een oogenblik later daalde Mijnheer Ermerik, de ooievaar, naast hem neer. Hij boog zich over den jongen, en stootte hem aan met den snavel om hem wakker te maken. De jongen ging dadelijk overeind zitten. "Ik sliep niet, Mijnheer Ermerik," zei hij. "Hoe komt het, dat u midden in den nacht uitgaat? En hoe gaat het op het huis Glimmingen? Wilt u Moeder Akka spreken?"

De vogel hoorde hem, en met één vleugelslag was hij boven op den steen. De jongen stond gauw op, en kwam hem tegemoet. "Ben jij niet Bataki, de raaf, een goede vriend van Akka van Kebnekaise?" vroeg de jongen. De vogel keek hem aandachtig aan, en knikte toen drie keer met den kop. "Jij bent toch niet de jongen, die met de wilde ganzen rondvliegt, en dien ze Duimelot noemen?"

Woord Van De Dag

vorstengeslachten

Anderen Op Zoek