United States or North Korea ? Vote for the TOP Country of the Week !


En den koning ook ... ja, den Koning vooral! Myn boek moet de wereld in. Hiertegen is niets te doen! Laat dan Busselinck & Waterman het ook te lezen krygen ... afgunst is myn zaak niet. Maar knoeiers en onderkruipers zyn ze, dit zeg ik! Ik heb 't vandaag nog aan den jongen Stern gezegd, toen ik hem in Artis introduceerde. Hy mag 't gerust schryven aan zyn vader.

Van den Bergh spreekt van zich te vestigen, van den Bergh is geëngageerd, als Rivers nog aan geen huwelijk, zelfs met een allerburgerlijkst meisje denken durft. Welk een hatelijk buurman wordt hij; wat al afgunst wekt hij op!

Hare liefde voor den grooten Caesar had Archibius zonder smart bij haar zien ontkiemen en opgroeien, doch toen zij zich te Tarsus aan den Kydnos met Antonius verbonden had, was er in zijn hart een pijnlijk gevoel van afgunst ontwaakt.

Nu echter lachten die oogen niet; zij fonkelden haar tegen als gloeiende kolen, vol haat wegens meerdere rechten, vol afgunst wegens meerderen rijkdom, vol zegepralenden wraaklust wegens teleurgestelde hoop, en vol woede wegens de reine schoonheid, de kalme waardigheid, die zij aanschouwden.

Nu ontwaakte weer de ingeboren afgunst van den hond, en hij liep naar voren en trachtte den schoon gevederden vogel te dooden. Momotaro scheidde de vechtenden, en ten slotte werd ook de fazant opgenomen in den kleinen stoet, terwijl hij keurig in de achterhoede marcheerde. Eindelijk bereikten Momotaro en zijn volgelingen de kust der Noord-Oostelijke Zee.

»Dat behoeft niet," zei de oude man. »De vent spreekt alleen uit afgunst; hij is de eigenaar van de andere schuit." Er was een stijve koelte en zij hadden vlak voor den wind; de schipper zette een breed zeil uit en, tegelijk roeiend, staken zij met een goeden gang van wal. De stroom maakte veel bochten en daardoor kregen zij af en toe den wind op zij.

Met zijn schone stem en zijn vindingrijke geest, heeft hij blijkbaar menige conquête gemaakt en zijn gepoch is dan ook fantasties naief: »Dageliks bereiken mij duizende groeten uit Katalonje en Lombardije en het scheelt niet veel of de Koning sterft van afgunst over mijn geluk bij de vrouwen.

al het volk leeft deugdzaam, in de omgeving van den paus kent men geen afgunst en hebzucht, bisschoppen en prelaten zijn rechtschapen waar men komt meer zal ik er niet van zeggen.

Hier op 't conservatoire heb ik veel gestudeerd om nog meer te studeeren, maar ik ga vooruit, en ge zoudt er u over verwonderen, als gij mij hoordet spelen, hoeveel beschaafder en rijker mijn toon is geworden. Mijn Cremona is heerlijk en wekt de afgunst van het halve conservatoire op. Wat heeft die beste dokter Abels mij daar toch een heerlijk geschenk mee gemaakt!

Andere stukken geven rechtstreeksche opwekkingen tot zelfkennis, het bewaren zijner eer, bescheidenheid jegens zijne meerderen; zij waarschuwen tegen "baraet en reinaerdie", hoovaardij, afgunst, boosheid.