Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 16 mei 2025
Als een mensch zich-zelven moe wordt; als hij een afkeer van zichzelf krijgt; als al datgene wat tot dan zijn trots, zijn geluk, zijn hoogste doel was, hem plots een ledigheid, een grauwte, een vertwijfeling en een doellóósheid blijkt; als al datgene wat hem als zijn leven-zelf was, hem als hèt levenlooze verschijnt d
Maar gesteld, dat men mij naar de Niagara had geleid, en ik, verrukt en ontzet door den aanblik van dien waterval, door zijn glinster-bliksems en zijn donderslagen, verzonken in het visioen en mijn ontroering, niet had gedacht aan mijn gids, zou deze, zoo hij wijs is, dan niet in zich-zelven zeggen: "In zijn bewondering en geslagenheid lag zijn dank"? Hoe veel te eer dan zal de heer de Rosa dit begrijpen.
Nu zal het najaar rijzen Met droevig doodsbegin En spinnen, met zijn grijze Lijkwade 't landschap in. Alleen met mijn eigen verlangen, Alleen met mijn eigen lied, Alleen met een bloem aan den afgrond, Alleen met een ster die verschiet. Lust heeft het hart dat, eenzaam, In den eenzame zich herkent, En schoonheid geeft aan zich-zelven, Den afgrond en 't firmament.
Toch, als hij dan zijn eigen leven weer liep te besoezen, dan vond hij er niet veel andere genotzucht in dan 't eeuwig verlangen naar scheppen, naar slagen, zich-zelven voldoen met het werk van zijn handen.... Zijn leven, hoe vreemd ging het toch, hoe onverwacht wendde het zich.... Hij had zoo vast geloofd, in die stilte daar in Brabant, dat hij nu toch voorgoed zijn evenwicht gevonden had, dat het zóó nu zou doorgaan, in een richting; breeder, krachtiger, op den duur wat wijzer misschien door veel te denken.... Na al die onrust en gedurige inspanning, de zelfoverschatting en de tobberij, het zoeken en ploeteren van de eerste jaren, was hij daar gekomen tot een toestand waarin hij gedacht had nu in de eerste plaats een gewoon-goed mensch te kunnen worden, en dan een bescheiden werker, een bewust strever, maar een die weet hóé ver hij pas is, hoe weinig hij nog heeft bereikt..., ja, een die weet, wát goed en wát verkeerd is, en zich-zelf in zijn macht heeft, en daarom nu ook kan praten en lachen, eten, drinken, slapen en kranten-lezen als ieder ander.
Dan gaat ze in stroomen bloeds, in bloed en brein, te wed, En holt zich-zelven blind, en stoot op post en wanden Het hoofd te barsten, om den Hemel aan te randen, Tot eens de Godswraak, door die gruwlen afgemat, Den bliksem aangrijpt en het schuldig brein verspat!
Maar bij zich-zelven denken zij: "Dat is weer zulk een nieuwigheid van de Blanda's waaraan geen verstandig mensch zich zal storen. Ik ben een slaaf geweest. Mijn vader en moeder zijn slaven geweest. Mijn grootouders en overgrootouders, en al mijn voorouders voor zoover iemand het kan nagaan zijn slaven geweest. Mijn kinderen zullen ook slaven zijn.
De Burchtgraaf vernam, dat de Hollandsche Slotvoogd Aernout, bastaart van Ysselsteyn, een schraapziek Ridder was, die, bouwende op de sterkte der burcht, de door hem genotene inkomsten niet, gelijk het zijn moest, ten deele tot het uitrusten en in standhouden eener goede bezetting besteedde, maar ze geheel voor zich-zelven behield, zoodat er slechts éen man de nachtwake deed en ieder uur éenmaal de wallen rond ging, om onraad of kwaden aanslag te verspieden.
91 noch het hooge ambt, noch de heilige verordeningen achtte hij in zich-zelven, noch in mij dat koord, hetwelk zijne gegorden placht magerder te maken. 94 maar gelijk Constantijn Silvester vroeg binnen Siratti om hem te genezen van de melaatschheid, zóó vroeg hij mij als heelmeester,
De minuut die nu volgt en over mij heen gaat komt uit een verleden van eonen, Er was geen betere dan deze en er zal geen betere zijn. Wat schoon was in 't verleden en schoon is nu is geen wonder, Een wonder is altijd en altijd hoe daar een mensch kan zijn die zich-zelven ontrouw is en die niet gelooft.
40 Gewelddadige hand kan de mensch hebben tegen zich-zelven en tegen zijne goederen: en daarom past het dat in den tweeden ondercirkel berouw zonder bate heeft 46 Men kan geweld plegen tegen de Godheid, die in het hart ontkennend en vervloekend, en de natuur en hare goedheid niet waardeerende.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek