United States or Guatemala ? Vote for the TOP Country of the Week !


Neen, Romein.... Al zoo lang. Nou ja, de dichter. Hij dicht epigrammen.... En gemeene, hoor. Speldeprikken.... Maar waar je aan dood gaat.... De omstanders gaapten toe, bekoord lachende, hunne stemming gewaaid met dien wind. De slaven klikklakten met de zweepen. De eene draagstoel na den andere vertrok, in voorname wiegeling.... Zijn jullie komedianten? vroeg Martialis.

Renildeken was acht jaren oud, en ze droeg een spannend kleedje dat haar lijf nauw maakte als het kelkbuisje van sommige leliën, en hare armen rilden gelijk de wiegeling van eenzame halmen. Ze had heel kleine voetjes en een kopje van porselein. Na den dood van haar vader, Doening's broeder, kwam ze nu op de vierkante hoeve wonen en dadelijk was Emanuel zeer ingenomen met haar.

Golven van zonnelicht dansten met elkander, en ze zetten haar spel voort tot ver in de haven van Stavoren: wie kon denken, dat het dezelfde golven waren, die boosaardig in den winter, tuk op buit, de vlakke streek bedreigden? De schepen dodeinden mede in de blijde wiegeling der zee, en ook hun wimpels, ze wapperden op dezelfde maat.

De beide jongens echter sliepen niet, vonden dit heerlijk: deze weelderige wiegeling op de telkens wisselende slavenschouders. Zij keken steeds uit: de zweetende slaven glommen als gepolijst brons, als koper glommen zij soms in den zonneschijn. Er liepen gouden glansen over de zweet druipende zwartheid hunner spierige armen, er blauwden de schaduwspelingen over hun harige borst.

Met een fellen slag verbrijzelde Geerten den riem in Franskens hand ... De brokken ploften in 't water en van den hevigen schok wiegewaagden en dobberden de bootjes, wild stijgend en dalend ... Ras vatte Fransken zijn tweede roeispaan, hakte er geducht mee op 't witte vaartuigje, dat bij elke wiegeling water schepte.

Met regelmatig klotsen vloeide de Schelde immer voort, immer voort, stuwend de eeuwige wiegeling harer donkere baren, waarop met grillige trillingen en zotte wentelingen dansten de blauwe en groene of felroode vuurstrepen der kadelichten ... In de langzaam-onzichtbaar wordende masten stegen sterrekens, zacht-pinkelend in de toenemende donkerte ... en uit de verte kwamen, klievend het woelig-bollende water, waarover nu witte schuimstrepen breed-uitwaaierden, stoer-zwarte schimmen van krachtige sleepbooten aanglijden, meevoerend een vonkelend vuuroogje in de sprietelende mastspits.

Hompelend achter zijn leege vischkar, de beenstomp doelloos in stâge wiegeling tusschen de ploffende kruk en het forsche rechterbeen, repte Franciscus Stargardt zich naar huis. Zijn gezicht stond grimmig van verzwegen wrok om het juist verschenen Keizerlijk decreet, waarbij ook in Holland de felgehate conscriptie zou worden ingevoerd.

De landen liggen beneden Hun zalige voeten gespreid, En boven hun hoofd is het Eden Der blauw-gouden oneindigheid. De wolken beginnen te varen, De boomen in wiegeling Hebben gezang van blaren, En alles Herinnering, Het Heden , en het Verwachten, Het nooit moede licht van de zon, Het korengeel, het smaragd en Het bloemenrood bij de bron,

De grijze hemel klaterde erheen, in zilveren schervels, en altemets sprong een vliemken stralend licht er te midden op, naar den willekeur van het toevallig gespeel. Goedele's blikken bleven daar onbewust haperen en hare oogen waren wijd-open aan 't zien. 't Geflikker spatterde aardig in haar hoofd en 't herbegon altijd zijn veranderlijke wiegeling.

En hij plooide zijn breede toga open, omdat die hem hinderde en herademde in zijn, met gouden palmtakken geborduurde, gala-tuniek. Eenigen tijd, slaapwekkend die wiegeling der dragers, hoe de dragers ook poogden, elkander afwisselend, twee aan twee, den draagstoel in evenwicht op hun schouder te houden, zwegen Plinius en Martialis.