Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 1 mei 2025


Wegens hare fraaie kleuren ziet men haar gaarne en laat haar rustig begaan; zij vestigt zich daarom in de onmiddellijke nabijheid van woningen, vooral in de afwateringskanalen van plantages; houdt zich bovendien op in alle moerassige streken, op natte, moerassige weiden, in de nabijheid van de kust, zoowel als in 't binnenland of te midden van de oerwouden.

Ze hadden ook de wilde ganzen zien aankomen, maar ze hadden Donsje niet herkend in de menigte. "Hoe vreemd, dat de wilde ganzen hier op de klippen landen," had de oude ganzerik gezegd. "Wat een prachtige troep! Dat kun je al aan het vliegen zien. Maar 't zal niet gemakkelijk zijn weiden voor zoo velen te vinden."

De richting van den weg, of van de spoorlijn misschien, deed hem den kant naar Londen opgaan, en daar kwam hij opaan stappen, over de Duinen, dwars over de weiden, in den heeten namiddag, tot groote verbazing van de wereld. Het had voor hem geen beteekenis, dat er aan iederen muur en schuur verscheurde roode en witte aanplakbiljetten fladderden, waarop verschillende namen te lezen waren.

De reiziger of jager moge overigens in de bergen zoomin twee- als vierpootige bewoners vinden, een troep Steenkraaien, die twistend en schreeuwend op uitstekende rotspunten zitten, bij zijn nadering onder schel gefluit met weinige vleugelslagen opvliegen, met spiraalvormige zwenkingen omhoogstijgen, daarna wijde kringen om de rotsen beschrijven en zich weldra weer op een daarvan neerzetten, van waar zij den vreemdeling bespieden, vindt hij er ongetwijfeld altijd, hetzij op de weiden boven de grens van den boomgroei, òf op de doodsche, met rolsteenen bedekte hellingen der hooge Alpen, niet minder veelvuldig ook op de naakte rotsen bij en in de eeuwige sneeuw.

Hier wellustig de hellingen omarmend der bergen, wier rotsachtige krijtwanden en dichte boomgroepen zij in haar kristallen wateren weerspiegelen; elders zich een weg banende door de trillende treurwilligen, waaronder de azuren insekten zweven en dansen; overal ziet gij ze, tallooze slingeringen beschrijvende, zich verliezende in het malsche groen der weiden, om dan weer nieuwsgierig voort te dartelen langs den grooten weg, in zijn bochtigen gang vaak niet minder grillig dan zij zelven.

Mijn eigen kennismaking met Whitooweek begon toen 'k een kind was, toen ik geen naam had om aan den vreemden vogel te geven dien ik dag in dag uit gadegeslagen had, en zij, wie ik om inlichtingen vroeg, me uitlachten om mijn beschrijving en zeiden dat zoo'n vogel niet bestond. Het was vlak achter de weiden, tegen de helling waar de oude beukenpatrijs woonde.

Dan moest de arme voor veel geld hooi koopen. Zoo ging het met alles. De eene broer werd rijker en rijker: alles ging hem voor den wind. De andere broer werd armer en armer: alles liep hem tegen. De rijke maakte zijn huis mooier en mooier, hij bouwde er nieuwe schuren en stallen bij, hij kocht nieuwe weiden en meer vee en meer akkers, hij nam meer knechten en meiden in zijn' dienst.

Het landschap was juist een landschap als hij lief had, een mengeling van woestheid en lieflijkheid: op den voorgrond weiden en wijnvelden en boomgaarden dalend in zachte glooiingen naar waar de stad te stoven lag in de vlakte, en achter haar de bergen steil-opzendend hun scherp-getande pieken en hooge ronde kanteelen, ongenaakbaar en trotsch.

Nauwelijks had hij over dit schouwspel dien onbestemden en dwalenden blik doen weiden, welke op de voorwerpen rust zonder die te zien en te kennen geeft, dat de gedachten verre van daar zijn, toen hij zich door een zachte, gesmoorde stem hoorde toeroepen.

We kampeerden tegen de helling, en de paarden deden zich heerlijk te goed aan het dichte, hooge gras. Er was echter op die bekoorlijke plek geen brandstof te vinden. Waar wij onze blikken ook lieten weiden, geen spoor van struik of boom. De vallei scheen onbewoond, en dus waren wij niet alleen verstoken van brandhout, maar ook van vleesch en melk.

Woord Van De Dag

rozen-hove

Anderen Op Zoek