Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 1 mei 2025
Alemtejo zelfs, hoe vlak en kaal het schijne, vooral in vergelijking met de naburige streken, ziet er met zijn groene weiden en onmetelijke korenvelden bloeiend uit.
Langs de kanten komen die koppen bloot, maar op eenige meters van den kant bestaat de bodem reeds uit goed bouwland, hier en daar afgewisseld met weiden en bosch. Van den rand der bergvlakte geniet men een der prachtigste uitzichten van midden-Frankrijk; men staat in het middenpunt van een groot halfrond, gevormd door drie berggroepen, van den Mont-Dore, van de Cezallier en van de Cantalgroep.
Deze soort bewoont de gebergten ten oosten en ten noorden van Peking en ook die, welke Sjensi van Honan en Hoepe van Sitsjoean scheiden. Alle Fazanten vermijden de aaneengeschakelde, hoogstammige wouden, vooral naaldhoutbosschen; zij bewonen bij voorkeur bosschen of dichte kreupelhoutboschjes, die door vruchtbare akkers of weiden omgeven en niet arm aan water zijn.
In het laatst van den herfst zoeken zij het stoppelland of liever nog den reeds omgeploegden, braakliggenden bouwgrond op, omdat zij hier in de voren een schuilplaats vinden. De naburige weiden worden wegens de Sprinkhanen, de hakhoutboschjes wegens de mierenpoppen gaarne bezocht; den nacht brengt de koppel altijd in 't open veld door.
Waar men zijne schreden rigt, waar men het oog laat weiden, ziet men den grond van de vele gouddeelen schitteren en wel in zulk eene mate, dat wanneer men b. v. met den hoed een weinig stof van den grond schept, naar de plaats gaat waar zich water bevindt en het stof wascht, men zuiver goud verkregen heeft. Men beschouwe dit niet als overdreven: het is eene daadzaak.
Men ontmoet haar uitsluitend in vochtige laaglanden, sompen, moerassen, drasse weiden, kortom op plaatsen, die in meerdere of mindere mate op het eigenlijke moeras gelijken. Zij verlangt op haar verblijfplaats een bodem begroeid met grassen, zeggen, riet en andere moerasplanten, die geen hinderpalen oplevert bij 't boren met den snavel.
Eerst door weiden, spoedig in dennenbosch, om later wat steiler, over en langs rotspartijen, boven te komen. De uitzichten worden bij elke kronkeling in het pad mooier, en hier en daar is voor eene bank gezorgd. Men krijgt spoedig den indruk dat geen der bergen daar hoog is, het uitzicht gelijkt meer op eene vlakte met heuvels.
Te Dragocaj kregen we voor het eerst de Vrbas te zien, die vreedzaam stroomt door groene weiden, omzoomd door wilgen, getrouw aan zijn naam, die wilgenstroom beduidt.
Haar vollemaansgezicht zou zeker door de dichters van haar land bezongen worden, die dan ook niet zouden verzuimen uit te weiden over haar blanke huid en rozenwangen, over den gloed harer groote zwarte oogen, en het karmozijn harer ietwat dikke lippen. Op dit oogenblik heeft haar gelaat onbetwistbaar eene zeer bekoorlijke uitdrukking.
Gaetano schijnt blij en gelukkig te zijn haar te zien. Maar waarom kan hij niet zeggen, wat hij moet zeggen? "Hebt ge met den Etnaspoorweg gereisd?" vraagt zij. "Ja," antwoordt hij en begint kalm uit te weiden over het nut en de schoonheid van dezen nieuwen spoorweg. Hij weet in het geheel niet hoe die tot stand is gekomen. Gaetano zegt tot zich zelf dat hij een barbaar is.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek