Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 3 mei 2025
Eindelijk zuchtte hij met zwakke stem: "Machteld, mijn aangebeden vriendin, ik wilde u door dapperheid en heldenmoed verdienen, uw sluier heb ik dwars door het vijandlijk leger gedragen, vele Fransen zijn onder mijn zwaard gevallen; maar God heeft mij tot zich geroepen. Ik moet u verlaten: die overtuiging martelt mij.
Zelfs zijner wederpartij dwong hij zoodanige hoogachting af, dat een vijandlijk Officier bij 's Vorsten doodberigt had uitgeroepen: »Nu is de braafste Kapitein in Nederland gestorven!" Onder de beroerten in Friesland in 1635 bewees hij ook dat Gewest groote diensten.
Het geheele leger van den Cid viel toen op hen aan; met al het voetvolk en paardenvolk stormden zij het Moorsche kamp binnen, verbraken de koorden der tenten, en wierpen de schitterende Oostersche paviljoens omver, waarin de Saracenen gehuisd hadden. Zóó stormt in het vijandlijk kamp de Spaansche ruiterschaar, En door den schrik verlamd, staan Koning Bucars mannen daar.
De vlam stijgt op, by 't bruizen van de winden, En 't vijandlijk geslacht, verdreven door den brand, Keert, als vertwijfeld weêr, en zoekt zijn vaderland. De strijd gaf zege en moed; de moed, vernieuwde krachten. Men leert den schrikbren stal des Arbaliets verachten, En 't gantsche leger roept van uit de volle borst: "Ten vijand! naar den strijd! geleid ons, Wareldvorst!"
Nu stelt hy wachten, die van Rigons pekelwel Tot aan des Gezers bron, en na aan Hanochs wallen, Het heir bewaken voor vijandlijk overvallen, En, wierd men onverhoeds uit Arbal aangerand, Gebiedt, hier wijken, daar, verwoeden tegenstand.
"Aelbrecht, mijn vriend," riep hij tot een zijner mannen, "neem die wapens op en draag ze naar mijn tent; ik wil geen ijzer aan mijn lijf terwijl uw blote borsten het vijandlijk wapen durven afwachten: de kermis wil ik in Macecliersgewaad bijwonen. Zij hebben mij edel gemaakt, mijn gezellen, maar bij Sint-Joris, dit geeft er niets toe!
Die zege was behaald; het vaderland herwonnen! De grond herbouwde zich! Een reeks van vijftig zonnen Zag Kaïn bloeiender dan eertijds, als het dal Op nieuw weêrgalmde van vijandlijk moordgeschal. Vertalrijkt, rukt de Reus zijn bergkruin af naar onderen, Om 't oud en vruchtbaar Nod te teistren en te plonderen, Rooft vrouwen, kinders, vee, en moordt den Hanochiet,
Ik, neêrgebukt van rouw, Blijf aan mijn broeder, aan mijn broederplicht, getrouw. 'k Verwijt u niets, ô neen: gy hebt zijn dood gewroken: Ik zie geen handen hier van 't bloed diens broeders rooken. Waar zijn die benden thands, van 's warelds versten boord Verzameld door zijn zorg? waar zijn die Reusbekrijgers, Die op 't vijandlijk bloed uit wraak verhitte tijgers?
Op het gezicht der schrikkelijke stormtuigen die in menigte boven het vijandlijk leger oprezen, besloten zij, in weerwil van de Deken der beenhouwers, met de vijand in onderhandeling te treden. Maar de onrustige Breydel bemerkte hun inzicht. Als een gewonde leeuw brulde hij van woede in onverstaanbare woorden en liep alzo naar Deconinck.
Wanneer hij insgelijks over het wijde slagveld gezien had, kwam hij nader bij Gwyde, en sprak: "Ik zie Adolf van Nieuwland niet, de benauwdheid doet mij sidderen. Gij weet het, zo de onversaagde jongeling onder het vijandlijk zwaard gevallen is ... dan zullen er zulke bittere tranen over hem gestort worden!"
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek