United States or France ? Vote for the TOP Country of the Week !


Hij voert haar aldaar, nadat zij haar minnaar voor eeuwig van zich heeft afgewezen, door "het palmbosch" dat zich van den Nival noordwaarts tot de "zandvalleien" van Arbal uitstrekte; en geeft te kennen dat zij in die richting voortging, door de vermelding der eikenbosschen tot welke zij kwam, die, in tegenstelling met de palmen, een meer noordelijke streek voor de verbeelding roepen.

Het 1e, van het verschijnen der Reuzen op Aarde uit de noordelijke streken, meermalen Arbal genoemd, en hun allengs zich van daar verheffende macht: het tweede, van hun uitval uit die streken, gevolgd van de vermeestering van Hanoch, de hoofdplaats van het Rijk der Kaïnieten, en van de verwoesting van het dal van Hemath, de schoone landstreek zich zuidwaarts uitstrekkende naar Bethur, het vaderlijk verblijf van Segol; het 3e, van de terugwerking der Kaïnieten tegen deze overweldiging en van oorlogvoering tegen de Reuzen, tot deze in het Noorden worden teruggedrongen; ten 4e, van een vijftigjarigen vrede en van een vernieuwden voorspoed voor de Kaïnieten, met wie het versmeltend overschot der met hen in afgoderij vervallen Sethieten zich vereenigd heeft: en eindelijk ten 5e, van een nog geduchteren inval der Reuzen: waardoor Hanoch opnieuw veroverd wordt met het land tot aan de Nilho, terwijl het aan de andere zijde van dien stroom gelegen dal van Hemath met Bethur telkens gedreigd en geteisterd wordt door de macht der Reuzen, die zich nu voor goed in het Oosten gevestigd en Hanoch tot zetel heeft, eenige beschaving heeft aangenomen, althans het genot der weelde heeft leeren kennen, en van daar het lot der cijnsbaarheid aan haar gezag aan de gansche Aarde op wil leggen.

Het was naar diezelfde streken van Arbal dat de dichter de stappen van Elpine richtte, daar waar zij voor't laatst in het fragment vermeld wordt.

Nu stelt hy wachten, die van Rigons pekelwel Tot aan des Gezers bron, en na aan Hanochs wallen, Het heir bewaken voor vijandlijk overvallen, En, wierd men onverhoeds uit Arbal aangerand, Gebiedt, hier wijken, daar, verwoeden tegenstand.

Immers Segol was de zoon van den Vorst van Bethur; en het was uit dit Bethur dat Elpine, als een kind in de wieg door de Reuzen geroofd, en vermoedelijk naar Arbal vervoerd was, waar zij, kunnen wij ons voorstellen, door Methusalah aan hunne handen onttrokken was, met het gezag dat soms op de meest barbaarsche volken hooge ouderdom met heiligheid van zeden gepaard uitoefende, waarvan de geschiedenis der invallen der noordsche volken in het Romeinsche Rijk, als die der middeleeuwen, merkwaardige voorbeelden heeft opgeteekend.

't Had lang in 't eenzaam Noord, aan 't steigren van 't gebergt', Den boschstier in zijn hol, de tijgers uitgetergd, De berggeit op de kruin des standmuurs nageklommen, En onder zich den storm in d' afgrond hooren grommen: Maar eindlijk tot één hoop, één legermacht vergaârd, Verspreidde 't schrik en dood door heel de zuchtende aard 't Naburig Arbal zag hun benden nederzakken Als stroomen, van 't gebergt' in onderscheiden takken Afvlietend, maar omlaag hereenigd tot één vloed, Die, door den wind gezweept, al buldrend zeewaart spoedt, En herder, hut, en hond, en lamm'renkooi, en wolven, Op 't hoofd stort, sloopt, en moordt en omkeert in zijn golven.

En wat was ook natuurlijker, wanneer men eenmaal vasthoudt dat het aartsvaderlijk gezin zich reeds in Arbal bevond, dan deze beweging aan Elpine toe te schrijven, met de bedoeling van zich weder onder de hoede van haar pleegvader Methusalah te begeven, om in zijn schoot den ontzachlijken vijand van haar rust te vergeten, die haar verleid had om in zijne liefde te deelen, en bij wien het denkbeeld rijpte van zich in opstand tegen God te begeven.

'k Verdeele, op deze wijs, en wederhou zijn macht. Maar, 't stout ontwerp gelukk', het kan mijn' arm mislukken! Een enkle Reuzentroep doet Hemaths landstreek bukken! En, wie beschermt u dan, wanneer ik, verr' van hier, Op Arbal schrik versprei', hier Beth-ur wage aan 't vier? Genoeg! het moet zoo zijn. Mijn wil is u gebleken: Ik eisch gehoorzaamheid, en kan als Koning spreken."

Segol, tot het koningschap der Aarde verheven, vat dadelijk het voornemen op om de Reuzen in de bergachtig noordwaarts gelegen streek van Arbal, van waar zij hun uitvallen op de nog door de Kaïnieten bezeten landen doen, te gaan bestrijden.

Het blijkt uit de aanwijzing, aan Segol gedaan , der woonplaats van het aartsvaderlijk gezin, dat het zich niet meer in de gemakkelijk te bereiken landpalen van Seth, aan de Westkust der Aarde, maar aan den tegenovergestelden kant, op het hooge gebergte achter de velden van het door de Reuzen onveilige Arbal bevindt; waar het, van het menschdom afgezonderd, bijkans vergeten leeft.