United States or Syria ? Vote for the TOP Country of the Week !


Maar de Moor was blijkbaar menschlievender dan de Christen, en inplaats van te voldoen aan het verzoek, zette hij den niets kwaads vermoedenden afgezant in de gevangenis. Om zijn verdere plannen ten uitvoer te brengen, deed Velásquez een schijninval in het Moorsche rijk, waarbij hij zich liet vergezellen door de Infantes van Lara en tweehonderd hunner volgelingen.

De meeste Achaemeniden hieven een luid gejuich aan bij de aanschouwing van dit bewijs van reuzenkracht, terwijl de boezemvrienden van den jongen overwinnaar doodsbleek werden, en zwijgend nu eens den van woede bevenden koning, dan weer den niets kwaads vermoedenden Bartja aanstaarden. Akelig voorzeker was het, den koning aan te zien.

Toen de laaghartige Adolf, Hertog Aernouts zoon, in verbond met zijne onnatuurlijke moeder Catherine van Cleve en een deel verraderlijke Edelen, zijn vader in 1465 te Grave gevangen nam, deed hy ook den niets kwaads vermoedenden Frederic van Egmond, Heer Willems zoon, in hechtenis nemen.

Ik gevoelde mij, geheel in mijne rol, zoozeer van moordgedachten vervuld, dat ik nauwelijks den niets kwaads vermoedenden man bespeurde of ik sprong in razernij van mijn zetel omhoog en bracht hem met mijn schepter een hevigen slag op het hoofd toe.

Nu moet men weten, dat de Struisvogels de onhebbelijkheid hebben, om naar alles wat niet spijkervast is, te happen. En zoo gebeurde het dan zeer dikwijls, dat de een of andere van deze Vogels waggelend naderbij kwam, zijn dommen kameelkop naar den apenstaart toeboog, en hierin den niets kwaads vermoedenden Perro onverwachts een flinken beet toebracht.

Nu was er zeker geen menschennaam in de vijf werelddeelen, die in staat was aan mejuffrouw Debora Stastok, en in 't algemeen aan alle teederhartige moeders in geheel D., een grooter schrik aan te jagen, dan diezelfde naam Dolf, die den niets kwaads vermoedenden lezer onmogelijk aan iets anders kan doen denken dan aan de volkomener vormen: Adolf, Rudolf, of des noods Ludolf; maar welke naam aan mejuffrouw Debora Stastok en, zoo als ik zeg, aan alle teederhartige moeders in geheel D. niet anders voorkwam dan als een kort begrip der eeretitels: katäas, straatschender, verkwister, lichtmis, lap, deugniet en leeglooper; immers hij behoorde aan den persoon, met wien ik reeds in het koffiehuis de "Noordstar" de eer had gehad kennis te maken, in één woord aan den heer Rudolf van Brammen, die na in zijn jeugd bekend te hebben gestaan voor een ondeugenden kwâjongen, die het zijn ouders en zijn meesters te kwaad maakte, alle avonden puisje vong en alle meisjes om zoenen plaagde, een paar jaren te Leiden, op naam van Jur.

Toen hij dus den armen denkbeeldigen ridder zag naderen, greep hij zijn lans of werpspies, en zonder stil te houden om zijn niets kwaads vermoedenden tegenstander toe te spreken, reed hij zoo woest op hem toe, als Rozinante hem dragen wilde, vastbesloten hem te doorboren, onderwijl luidkeels roepende: »Schurk, ellendeling, verdedig u, of geef mij oogenblikkelijk mijn rechtmatig bezit over

Op handige wijze had deze aan den niets vermoedenden schrijver een briefje weten te ontlokken met de verklaring dat hij "het kopyregt over Max Havelaar aan Mr. J. van Lennep had afgestaan."