United States or Zambia ? Vote for the TOP Country of the Week !


Buiten twijfel echter schijnt het, dat het Land van Heusden oorspronkelijk een deel uitmaakte van het Graafschap Teisterbant, en in vervolg van tijd, by broederdeeling, onder Cleve kwam, aan welk laatste Graafschap het tot op het einde der dertiende eeuw leenroerig schijnt geweest te zijn.

Als een Zuidhollandsch burgerkind, Maria gedoopt, had het meisje eigenlijk een Mietje moeten wezen; doch hare moeder, die uit het Geldersche, of eigenlijk uit het land van Cleve was, en de taal harer kindsheid maar niet verleeren kon, had de kleine altoos genoemd bij den naam dien zij zelve gedragen had: Mariechen. Dat vond een ieder.

Gij ziet het, "mijnheer en mevrouw zijn reisvaardig." Het jongste der kinderen is bijna twee jaren oud, en zonder bezwaar heeft mevrouw dus aan den wensch van haar "lieve" gehoor kunnen geven om eens met hem een heel klein toertje te maken naar Cleve, en Keulen, en den Drachenfels, en dan door Gelderland terug.

Jonkheer Frederic was intusschen zijne gevangenis door list ontsnapt, en by zijnen vader aangekomen, waarop zy-beiden hunne volgers gewapend, en zich by het leger des Hertogen van Cleve gevoegd hadden, van waar zy hunnen vijandelijken bloedverwant menige schade toe brachten, en zelfs Arnhem verrasten. Na den vrede van Gent, 1469, begon de roekelooze Adolf weder de oude treken tegen zijnen oom.

En nadat hy den Grave gemachtigd had om met den overweldiger nader te onderhandelen, wierp hy zich netelig in 't zaal, en reed, van een enkelen dienaar vergezeld, naar zijn Slot van Baer, waar hy zich terstond maatregelen nam, om Hertog Jan van Cleve, de stede Wageningen, en eenige anderen, met de meineedige handelwijze en onverdraaglijke trotschheid van Adolf bekend te maken.

Dat hy met den Heer van Zuylen zich voegde by Loef van Cleve en de Hollandsche benden, die de moordenaars op Cronenburch belegerden, bewijst overigens nog niets voor zijne onschuld: zijn broeder Benscoep toch was mede daar binnen, en het liet zich reeds van den beginne af wel aanzien, dat die ruwe dorpersvuisten, brandende om toe te slaan, verpletterend en vermorzelend zouden nedervallen op die adelijke verradershoofden, wie honger en gebrek tot overgave dwingen moest.

Bisschop Davids opvolger, Frederic van Baden, in 1499, kort na het ten onder brengen van de Heeren van Wisch, met den Hertog van Cleve in oorlog geraakt, behoefde herhaaldelijk geld, dat hy wel voor een groot deel, maar toch niet geheel en al, by zijne getrouwe steden van het Bovensticht vinden kon.

Na den dood van Bisschop Rudolf schijnen de broeders minder eenstemmig geweest te zijn: Heer Willem wordt gevonden op de lijst dergenen, wien, als tegenstanders van Bisschop Gijsbrecht van Brederode, in 1456 by klokkeslag de stad werd ontzegd; terwijl de Burchtgraaf in dat zelfde jaar voorkomt onder de Edelen, die zich, hoewel vruchteloos, met Reynout van Brederode en Johan van Cleve naar Leyden begaven, om Hertog Filips met den Bisschop en diens stad te bevredigen.

Toen de laaghartige Adolf, Hertog Aernouts zoon, in verbond met zijne onnatuurlijke moeder Catherine van Cleve en een deel verraderlijke Edelen, zijn vader in 1465 te Grave gevangen nam, deed hy ook den niets kwaads vermoedenden Frederic van Egmond, Heer Willems zoon, in hechtenis nemen.

Het hertogdom Cleve leed onuitsprekelijk onder de strooptochten van deze woeste, met alle tucht spottende benden. Ten einde leven, have en goed te redden, vereenigden de edelen, burgers en boeren van Cleve zich tot vliegende legertjes, die een verdelgingsoorlog tegen de bloeddorstige, roofzuchtige Spanjaarden voerden.