Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 27 juni 2025


Toch kon hij er niet tegen, toch kwamen er tranen in z'n oogen, al zette hij ze nog zoo strak-wijd open achter de uitgeslagen courant.... Maar hij bleef zich meester, kauwde langzaam z'n brood, dronk z'n koud geworden thee bij kleine teugjes, zei niets.... Mama liep de kamer uit, de deur tamelijk krachtig achter zich sluitend.

En echter, 't leed was koen gedragen Vergeef dat woord van ijd'len trots; In ootmoed schiep zijn ziel behagen Hij droeg het, waard de hoede Gods, Die hem beschermde in 't golfgeklots, Het laaije vaartuig uitgeslagen, Die, voor den ingang van den nacht, De scheepsboot tot zijn redding bragt.

Het verblijf van Jondrette had een zonderling aanzien, en Marius ontdekte nu de oorzaak van het wonderbaar licht dat hij had opgemerkt. Een kaars brandde op een groen uitgeslagen koperen kandelaar, maar deze kaars verlichtte eigenlijk het vertrek niet. Het geheele hol was als geïllumineerd door het schijnsel van de brandende kolen in een groot ijzeren komfoor, dat onder den schoorsteen stond.

De ouwe heks is naar beneden gekomen met een zweep, en deze hier, deze vent heeft zich laten uitschelden... een man!" "Och!" zei Sinang, "ze hebben gevochten, en dat hebben wij niet gezien!" "De alférez heeft de dokter z'n tanden uitgeslagen!" voegde Victorina erbij. "Vandaag nog gaan we naar Manila.

Nu moeten de kleeden er aan: een kameraad, of wel een gedienstige buurvrijster, door het geklop oplettend gemaakt, komt haar hulp bieden, en de kleeden worden uitgeslagen, onder een vrolijk gelach ten koste van den armen voorbijganger, die op zijn even te voren uitgeschuierde plunje een duim dik stof bekomt.

De wilde kreet zweeg nu en hij hield zijn wieken breed en stijf uitgeslagen, zooals een adelaar dat doet die op de lucht drijft. Minuten lang kon ik geen beweging bespeuren; hij was net een donker lijntje, op dien oneindigen blauwen achtergrond getrokken. Het begon langer te worden, langer; verbreedde zich en toen wist ik dat het recht op mij af naar beneden kwam.

De muil is nog niet opgesperd. De klauw nog niet uitgeslagen. Het vuur van den bloeddorst vlamt nog niet in het oog. Gij speelt nog met uw lieve zondetjes, in uzelven en in uw kind. Er zit geen kwaad bij, denkt ge, en het vermaakt u meer, dan dat het u angst aanjaagt en u beklemt. En toch, wat zijn al die zondetjes in u dan kleine tijgertjes van binnen, waar de schriklijk booze aard inzit?

De roode gevelen en daken, de witte muurkens, langsheen het water hangend, de knoestige perelaren en appelaren in de kleine hofkes, alles was nat en beklamd, uitgeslagen van het water, en tegelijkertijd vinnig stralend in het heldere zonneken. Het was inderdaad maar een zonneken, maar het maakte over de aarde in al dat water zulk een groot lichtgespeel als een volwassene zomerzon.

Zooals op het Soedraerf de fijne godenbeeldjes, midden tusschen de varkens, de modder en de lompen, zoo hier in het Wessya-verblijf gore bedden, groen uitgeslagen muren en als een korst van viezigheid, overal te midden van de gouden schatten en meesterwerken van oude sierkunst.

Neen, niet gemeesmuild, niet gefluisterd, Getuig wat uw verbeelding is: Of schalke als die van vroeger dagen, Wier wieken, gift van scherts en lust, Op 't feestmaal werden uitgeslagen, Haar smetteloosheid zich bewust, Die zonder blaam, die zonder vrees Het menschelijke menschlijk prees; Of... laat mij haar onreine noemen, Die onder dubb'len sluijer kleurt, Die eischt dat we ied're drift verbloemen, Wijl ze elken zegen heeft verbeurd: Wit graf waarbij de minne treurt!

Woord Van De Dag

verduldige

Anderen Op Zoek