Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 16 mei 2025
Angst voor het leven van haar, die hij liefheeft, omdat zij goed voor hem is, perst hem heete tranen uit de oogen. Hij hoort het "bravo!" van den dokter niet; zijn geest dwaalt af. Waarheen? Hij kan er zich geen rekenschap van geven. Hij gevoelt iets in zijn binnenste, dat hij niet onder woorden kan brengen.
Naar de heemlen van de lage zoden Stijg' de gouden offervlam! Wie kan weenen naar de vroeg vergoden Die de dood ons halen kwam? Tranen, lief, zijn enkel voor de dooden Die het leven nam. Het maanlicht vult de zuivre heemlen Met glanzende geheimenis, De luisterblauwe verten weemlen Van Die alom en nergens is.
Naar het Licht, dat zijn stralen neerzendt in de zielen der menschen, en hun tranen doet schitteren, hoewel het weet, dat het schoone schijnsel niet leven kan op aarde, en dat tranen zwart worden waar ze vallen.
Haar geheele lichaam beefde, haar gezicht vertrok zich krampachtig. Maar eindelijk kwamen de tranen, tranen van rouw! Maar mijn bleeke vriend, de Dood, de Bevrijder, rilde toen hij die tranen zag. Dus ook hier was hij niet met vreugde begroet, niet eens hier was men van harte blij geweest bij zijn komst.
"O, mijn beschermer, zei Jondrette, mijn edele weldoener! ik kan mijn tranen niet weerhouden. Vergun mij, dat ik u tot aan het rijtuig uitgeleide doe." "Trek die overjas aan, als ge uitgaat," antwoordde mijnheer Leblanc; "'t is scherp koud." Jondrette liet het zich geen tweemaal zeggen en trok haastig de bruine overjas aan. Alle drie gingen naar buiten; Jondrette ging beide vreemden voor.
"En terwijl zij zich afwendt, om op haar beurt plaats te maken voor een anderen bezoeker met een anderen wensch, glimmen in haar ooghoeken twee smartelijke tranen, zooals jagers zeggen wel eens in de lieve oogen van een aangeschoten hert te hebben gezien." Deze roman is uitverkocht. Niet meer te krijgen.
Robrecht werd door de tranen zijns vaders diep getroffen: hij voelde de hel en haar martelpijnen in zijn hart. Zijn vervoerdheid vergrootte nog; hij riep als uitzinnig: "Vermaledijd vervloek mij, o mijn Vorst en Vader! Maar ik zweer u bij de almachtige God, dat ik nooit voor een Fransman kruipen of bukken zal, en ik zal uw gebod niet gehoorzamen!"
Telkens draaide het hoofd der moeder met de wentelingen van het jong mee en Rozeke dacht opnieuw met tranen in de oogen aan Alfons, die voor het jong en vroolijk-huppelend beestje zijn doodelijke ziekte had opgedaan. O, grijze, kille, droeve tweede-huwelijksdag!
Passepartout was zeer verlegen en herhaalde onophoudelijk dat het de moeite niet waard was! Mevrouw Aouda dankte hare redders met aandoening, meer nog door hare tranen dan door hare woorden. Hare schoone oogen, meer dan haar lippen, waren de tolken harer dankbaarheid.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek