Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 13 juli 2025
Als de spotter ons rusteloos achtervolgt, en altoos nieuwe, in gif gedoopte pijlen in zijn koker gereed heeft. Als er geen eind aan komt. En we zien, dat onze lijdzaamheid hem prikkelt, om altoos dieper met zijn spot te wonden. Ja, dan waakt de korzelheid op; de nieren worden in u ontstoken; en zoo God ons niet hield, zouden we dan pijl tegen pijl willen inwerpen.
Hij was een spotter met al wat studie heette of, zoo als hij het noemde, "zoo hoog vloog". Voor het overige, daar zijn toestand als eenloopend gezel medebracht dat hij gaarne uit eten ging, had hij den goeden weg ingeslagen om veel uit eten te worden gevraagd; en daar hij veel uit eten gevraagd werd, was hij ook een volleerd dinerganger, en wist hij uitmuntend hoe hij het aan moest leggen om bij zulke gelegenheid te voldoen.
Maar in de beeldende kunst bleef het ontwijdendste onuitgedrukt. Welk een naïeve nuchterheid vertoont de Joseph-opvatting van Eustache Deschamps, die hierin toch volstrekt niet als een onvrome spotter te beschouwen is. Joseph, die Gods Moeder dienen mocht en haar zoon opvoeden, men zou meenen, dat geen sterveling hooger begenadigd is geweest.
"Zwijg!" viel hem de Fiskaal op een strengen toon in de rede: "zwijg ongelukkige spotter! het kon u slechts goud, doch anderen kan het den kop kosten. Wees voorzichtig, of...." Hier hield hij den vinger dreigend op, en een buiging in 't rond gemaakt hebbende, wilde hij vertrekken.
Zoo groeit de spot in het zeer doen, kwellen, beschimpen en uitlachen, tot ge recht diep gekweld, gekwetst en gewond zijt, en de spotter ziet, dat het gelukt is, u verdriet aan te doen; zoo te verdrieten, dat ge zelf bitter en boos wierdt; ja, of het gelukken kon, om ook u aan het schimpen te brengen.
En dan heet het: »Wees ons genadig, o Heere! wees ons genadig, want wij zijn der verachting veel te zat. Onze ziel is veel te zat des spots der weelderigen, der verachting der hoovaardigen!« Wel u, zoo het daartoe, als ge tegenover den spotter staat, bij u komen mag. Want als het op schimpen gaat, is hij uw meester, uw meerdere, u te machtig. Spotten kan hij onvergelijkelijk beter dan gij.
Zou men aanvankelijk geneigd zijn te beweren, dat Wolff en Deken in hun Hollandsche degelijkheid en de geschiktheid van hun roman "voor den Meridiaan des Huiselijken levens," meer overeenkomst vertoonen met den kalmen aspirant-burger- huisvader Hildebrand, dan met den geweldigen Multatuli, den afbreker, den spotter en de schrik van alle brave huisvaders en afgebakende- levensweggetjes-bewandelenden men komt al heel spoedig van die meening terug.
Uilenspiegel sprak tot Lamme: Gij moet heur niet gelooven, 't is een deugnietje en een duivelinneken. Beëlzebub heeft ze van nu af aan verkoren tot zijne gezellin in de helle. Leelijke spotter, antwoordde de keukenmeid. De dame sprak: Drinkt eerst eene pint bruinbier, eet een stuk hesp, snijdt van dien bout, opent de pastei en proeft de salade. Uilenspiegel vouwde de handen te zamen.
Men zegt het wordt geprezen." Dus vroeg eens Hein. Toen sprak de spotter Piet: "Neen beste Hein! gelezen heb ik 't niet."
En toch zijn deze prikkel-idyllen van onzen begaafden spotter, in al hun heuglijke deugdelijkheid nog slechts een begin; een begin, dat dan ook inderdaad noch het verrassende, noch het min of meer jeugdig-kleine van bijna elken aanvang van iets zeer beteekenisvol-nieuws mist.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek