United States or Svalbard and Jan Mayen ? Vote for the TOP Country of the Week !


»Ja, maar 't is toch hatelijk en 't gebeurt wel meer, dat ze van u naar hem loopen, zou er ook opstokerij onder schuilen?" »Och, wel neen! haal je nu dat maar niet in het hoofd." »Gij, gij zijt altijd als het schaapje zonder gal! Maar die Roestink, ik weet het niet, hij is zoo grootsch, dat hij Dr. voor zijn naam mag zetten..." »Hij! dat heb ik nooit opgemerkt."

»O! mijnheer Roestink!" viel Frits in met levendigheid, »wat den lust betreft die.... die zou er wel bij mij bestaan, maar hoe jong ook, ik heb al genoeg ondervinding om te weten, dat men niet grijpen moet naar het onbereikbare." »Waarom onbereikbaar als gij talent bezit?" vroeg Roestink. »Al durfde ik dat van mij zelven gelooven, nog zou ik mijn best doen om dat te vergeten."

Roestink sprak hem wel eens eene enkele maal vriendelijk toe als hij hem alleen ontmoette, maar daar hij den zoon niet overhalen wilde tot eenigen stap buiten zijne moeder om, bleef het daarbij.

Roestink even hebben geïndiceerd, is het alleen geweest om zijne persoonlijkheid eenigszins scherper om te trekken en zijne verhouding tot collega Willems daardoor te meer aanschouwelijk te maken.

»Eilieve, vrouw Snibs! wat doet dat alles er toe," was Roestink ingevallen, om dien stortvloed van eigengerechtigheid, met geestelijken hoogmoed vermengd, een dam te stellen. Het mocht hem niet baten.

Daarbij is het eene overeenkomst tusschen Frits Rosemeijer en mij, waarvan ik u later meer hoop te vertellen...." De schilder brak hier het gesprek af, dat niemand zich aanmatigde te storen, en dat ook niemand verwonderde, daar de aanwezigen er kennis van droegen, dat professor Roestink voorheen tot den aankomenden kunstenaar in betrekking had gestaan.

Maar voor Roestink toch was die niet geheel verborgen gebleven en mogelijk veroordeelt men hem dat hij, deze zielsstemming doorziende, toch op het doen van den beslissenden uiterlijken stap had aangedrongen en het zijne had gedaan om dien mogelijk te maken.

Roestink doen, die had er slag van, die had het ware licht.... en daaruit besloot ik dat Zijn Wel-Eerwaarde dit licht ook voor haar en haars gelijken had laten schijnen op zulke wijze, die mijn man en zijne prediking voor hen in de schaduw stelt."

»Neen! dát late ik ook daar, maar wilt gij dan dat ik onverschillig zou zijn, als ik bemerk, dat die lieden u bij de gemeente in een kwaad blaadje brengen... Want als Roestink het hun niet in 't oor blies, hoe zou het dan zoo'n vrouw Snibs in 't hoofd komen te meenen, dat hij zooveel knapper en beter is dan gij. Ik heb dat althans nooit gemerkt." »Lieve, wat zal ik u zeggen.