Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 20 mei 2025
Kom Lili, een ode aan den wilg. Ik schijn niets meer te kunnen zeggen, of jullie lachen me uit, antwoordde Lili verstoord. Ik schijn al zeer bespottelijk te zijn.... En het regende plagerijen op Lili en kersen in een ieders schoot onder een algemeen gelach. De weg klom, terwijl duinachtige verschieten verrezen.
Toen deze was weggewaaid, zag ik vergeefs naar de overzijde: Louise en haar kind waren verdwenen. Zij was met hare smarte haar prachtig huis weder ingetreden. De ezelinnen kwamen den volgenden, kwamen nog menigen avond terug; maar eer de winter inviel, hadden de plagerijen tusschen den drijver en het dienstmeisje uit, want de gordijnen der zijkamer waren opgehaald, de luiken gesloten.
Hij smeet den gunsteling op den grond, schopte hem herhaaldelijk, en gaf in dezen ondoordachten aanval van woede lucht aan de opeenstapeling van verwijten en plagerijen, die zoo lang zijn gemoed hadden ontstemd. Deze daad was geheel verkeerd. Het is altijd een ramp voor een mensch, wanneer hij zich zelf geen meester meer is en toegeeft aan zijn toorn.
Geheel zonder plagerijen verkeeren zij trouwens niet met elkander; ook is het zeer wel mogelijk, dat de leden van hetzelfde gezelschap elkander bestelen, zooveel zij kunnen en durven; dit is echter bij de Raafvogels niets vreemds; de goede verstandhouding wordt er in 't geheel niet door verstoord.
Moeder verlangde bij de minste kleinigheid haar gezag gehandhaafd te zien, Meta wilde haar zelfstandigheid op geen enkel punt prijs geven. Het geheele gezin leed onder de wederkeerige plagerijen en opgewonden stemmingen. Moeder en dochter gaven elkaâr geen enkel bewijs van liefde meer. Meta zou ten slotte de dupe geworden zijn van Moeders verkeerde paedagogische inzichten.
Pieter liet zich bewegen; en in dat gewaad zette hij zich aan Koosjes zijde in het schuitje. Amelie keek naar de lieve maan en de lieve sterren. Dolf roeide en rookte om 't zeerst. Christien had allerlei vroolijke invallen en plagerijen met mij. Pieter was dus met het voorwerp zijner genegenheid zoo goed als alleen. Koosje scheen zeer lief voor hem.
Enkele worden zoo overmoedig, dat zij zich allerlei plagerijen veroorloven tegen vreemdelingen of tegen de huisbedienden, van welker ondergeschiktheid zij bewust schijnen te zijn.
Maar dat was mis de jongens hadden door Baas Martens van 't geval gehoord, en nu vonden ze 't natuurlijk veel te mooi, om Hans niet eens duchtig te plagen. In een oogenblik stonden ze dicht om hem heen. Eerst was het roepen van: "Heb je het touwtje al in je zak?" of "Ben je ook moe van het trekken?" of "Waren de erwtjes al opgekomen?" en al zulke plagerijen meer.
Het voorwerp van deze nieuwe genegenheid behoorde niet tot zijn bende. Met zulk een hulp als Nancy zou die man een waardevol deelgenoot kunnen zijn en Fagin moest zich onverwijld van hem verzekeren. Nog een ander, duisterder doel zweefde Fagin voor. Sikes wist te veel en zijn schurkachtige plagerijen hadden Fagin niet minder gekwetst, omdat de wonden verborgen bleven.
Hierdoor is het mij duidelijk gebleken, dat een in de prilste jeugd beginnende, goed doordachte, zorgvuldige behandeling een uitstekenden invloed op het gemoed van den Aap heeft, en dat het daarentegen bedorven wordt door plagerijen, ruwe grappen en uit onbedachtzaamheid gepleegd onrecht.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek