United States or Dominica ? Vote for the TOP Country of the Week !


Niets! waarachtig, je hebt niets niemendal gedaan!" "Je bedoelt....?" "Ik bedoel alles wat je zeer goed begrijpt." "Zeg niet Philip, dat ik niets gedaan heb. Ben ik niet je krachtige voorspraak bij oom geweest? Ik zou er van gezwegen hebben indien je me niet het tegendeel verweten hadt. Is het mijn schuld dat oom...." "Wie spreekt van je schuld! Je bent zoo onschuldig als een lam.

Tot mijn leedwezen August, kom ik er reeds toe om u bijna letterlijk Philips woorden terug te geven, doch het geschiedt opdat gij levendig gevoelen zoudt, dat de hulp van uwe zijde zóó zal verleend moeten worden, dat Philip gelooft van een gansch anderen kant te zijn geholpen.

"In elk geval moeten we ons op een aanval voorbereiden," zei Don Philip; "zooals gij zegt, zullen de troepen morgenochtend hier zijn." "Hoeveel man kunnen we bijeenbrengen?" vroeg Gascoigne. "Wij hebben hier vijf flinke kerels," antwoordde Don Philip, "en dan mijn vader, mijn broeder en ik zelf." "Wij zijn met ons drieën; of er op den gids te rekenen valt, weet ik niet."

Hy had echter op eene ongelukkige manier een Corporaal verloren, SCHOELAR genaamd, en een Zee-soldaat, genaamd PHILIP VAN DEN BOSCH, die onvoorzigtiglyk maniok-wortels gegeten hebbende, vergiftigd waren geworden, en den zelfden nacht in verschrikkelyke stuiptrekkingen en pynen stierven.

Steeds turend op het schrift, bleef hij in dezelfde houding zitten, met de beide ellebogen op de tafel geleund. Ook dit nog! Dit! Welk dit? Het moest zeker een gevolg van wat koorts zijn, dat hem deze brief zoo loodzwaar op de borst drukte. Had Woudberg dan geen prachtig uitzicht voor Philip geopend?

Philip Helmond bestaat niet meer; maar de acteur Philippe, die geen broeder meer heeft, hij haat den man die al dieper zinkt naarmate hij hooger rijst in de schatting der wereld; hij veracht den man die, misschien uit naam van een grijzen schijnvrome, hem geld komt bieden voor 't breken van zijn woord. "Lees Virginie," zegt de jongere Helmond, en geeft haar het schrift.

"Er zijn," hernam Malvoisin, "onder de lieden, die met Bois-Guilbert hier gekomen zijn, twee menschen, die ik goed ken; ze zijn bedienden van mijn broeder Philip de Malvoisin geweest; en zijn uit zijn dienst in dien van Front-de-Boeuf overgegaan. Misschien weten ze iets van de tooverij dezer vrouw."

Ofschoon Philip bij deze onverwachte toespraak eensklaps zeer bleek is geworden, zoo bespeurt Eva echter zijn ontroering niet, en, zich aanstonds herstellend, opent hij de deur van het kleinere achtervertrek en zegt: "Ga in deze kamer mevrouw. Hij mocht ons hooren misschien." En daar staan ze nu tegenover elkander. Eva is zeer gejaagd.

Zonder de geringste aarzeling reikt Virginie haar man nu den brief toe, en Philip.... nadat hij het geschrift nog eens vluchtig heeft doorloopen, ziet haar aan met een pijnlijk zoeten glimlach, en verscheurt den brief. Nu roept hij den schenker: "Breng me bij den dokter van Romphuizen. 'k Zal toch den man even spreken." En tot zijn vrouw: "Virginie ga mee, ik breng je dan met een naar onze kamer."

In zijn andere romans, in "Pendennis," in "Philip," zelfs in "Vanity Fair," is hij zich bijwijlen te zeer bewust van zijn publiek, en bederft zijn werk door zich onmiddellijk te richten tot de sympathieën zijner lezers of door onmiddellijk met hen den draak te steken. Een waarachtig kunstenaar neemt volstrekt geen notitie van het publiek. Het publiek bestaat voor hem niet.