Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 1 juli 2025


»Stel je gerust, Hod," antwoordde de ingenieur, »dat zal niet gebeuren. We zullen ons weldra in je geliefkoosde streken wagen." »Dus, Banks, gaan we rechtuit naar de Indisch-Chineesche grens, zonder Lucknow door te gaan?" »Ik zou er voor zijn deze stad te vermijden, en vooral Cawnpore, zoo vol noodlottige herinneringen voor kolonel Munro."

»Ja, Mac Neil zal er misschien meer van weten." Dit zeggende verliet de ingenieur het salon en opende de deur van het kamertje van den sergeant. De sergeant was er niet. »Waar is Mac Neil?" vroeg Banks aan Goûmi, die ons aan tafel zou bedienen. »Hij heeft het kampement verlaten," antwoordde Goûmi. »Sedert wanneer?" »Sedert ongeveer een uur en op bevel van kolonel Munro."

Wat kolonel Munro betreft, voor hem had het bezoek dezer steden, waar hij zoo vaak geweest was, niets vreemds of verrassends en toch dacht hij er dien dag een oogenblik over ons te vergezellen; doch, na rijpe overweging besloot hij een tocht langs de oevers van den stroom te maken, in gezelschap van sergeant Mac Niel.

»En telt die dan voor den twee en veertigsten?" vroeg ik den kapitein. »Waarom niet?" antwoordde Hod. »Als hij onder mijn schot valt, zal hij altijd in volle vrijheid gevallen zijn!" »Laten we het vel van den beer niet verkoopen....." hernam de ingenieur, »voordat hij geschoten is!" »Vooral als die beer wel eens een tijger kon zijn!....." voegde kolonel Munro er bij.

Het was een man van vijf en veertig jaar, krachtig, groot, met langen, vollen baard, als de Bergschotten. In zijn voorkomen, zijn gelaat, zoowel als door zijn costuum op de overlevering gegrond, was hij met hart en ziel hooglander gebleven, alhoewel hij tegelijk met kolonel Munro den militairen dienst verlaten had. Beiden hadden in 1860 hun ontslag genomen.

Ik kon niet meer, mijn hoofd zou bersten en 'k was op het punt neer te slaan.... Kolonel Munro ziet het en den emmer uit de handen van een chitsi rukkende, stort hij hem over mij uit.... 't was de laatste, dien de dragers zich hadden kunnen verschaffen!.... Ziet u, dat zal ik niet licht vergeten! Neen! een druppel bloed voor een druppel water!

Gewoonlijk nam kolonel Munro onder den maaltijd deel aan het gesprek. Hij hoorde gaarne wat we op onze uitstapjes gezien en ondervonden hadden. Ik vermeed steeds snaren aan te roeren, die hem zelfs van verre den opstand der Sipayers konden herinneren. Ik geloof dat hij het opmerkte, maar, zou hij mij dank weten voor mijne discretie?

De eerste kamer links werd bewoond door kolonel Munro, de tweede rechts, door den ingenieur Banks. Dan volgde rechts, op de kamer van den ingenieur, die van kapitein Hod en de mijne links op die van kolonel Munro.

Sir Edward Munro was wanhopig en had van dat oogenblik af slechts eene gedachte, eene enkele slechts, die van Nana Sahib weder te vinden, dien het Engelsche gouvernement overal deed opsporen en met zijn wraak een soort van dorst naar recht te stillen, die hem verteerde. Om vrijer in zijne handelingen te zijn, nam hij zijn ontslag. Mac Neil volgde hem op al zijn schreden.

»Omdat onze IJzeren Reus zijn gewone uitwerking heeft gedaan!" riep kapitein Hod uit. »Ze zullen teweten gekomen zijn, dat een reusachtige olifant, een kolos, zooals zij er nooit een gezien hebben, in de nabuurschap was, en ze komen hem nu bewonderen!" »Als het maar bij bewonderen blijft!" antwoordde de ingenieur, het hoofd schuddende. »Wat vrees je dan toch, Banks?" vroeg kolonel Munro.

Woord Van De Dag

bakels

Anderen Op Zoek