Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 24 juli 2025


"Groote God!" riep Van Bergen uit, "moest zóó dat ongelukkige kind aan onze zorgen worden ontrukt! Ga voort," vervolgde hij tot Barbara: "en de Heer schenke mij kracht om even bedaard te vernemen wat gij met mijn zoon hebt aangevangen, als Hij langmoedig de zonden zijner menschenkinderen gadeslaat."

Dominee Hoogerberg zou doen wat hem mogelijk was. Meer heeft hij niet gezegd. Ja zelfs toen hij het zeide vreesde hij meer dan hij hoopte. Hoogerberg wist maar al te goed, dat hij de harten der menschenkinderen niet vruchtbaar kan maken. Zaaien kon hij, niets meer!

Het havenlicht, een baken voor de zeelieden, beschijnt het kokende en bruisende element, dat zich tegen de glooiïng te pletter loopt en zich in dolle woede met zware gulpen over de pieren stort. 't Is of alle booze geesten samenspannen, om schrik en ontsteltenis onder de menschenkinderen te verspreiden.

Ja, gij kunt u zelfs niet voorstellen, wat al stof tot gelach, spotternij en vreugde die menschenkinderen dagelijks den Goden verschaffen. Deze besteden namelijk de voormiddaguren, wanneer ze nog nuchter zijn, aan beraadslagingen, die veelal in twisten ontaarden, en aan het luisteren naar geloften.

Vooraf werd in genoemde kerk, die tot in alle hoeken gevuld was, een korte samenkomst gehouden. Ds. Kouwenhoven, de oudste pastor loci, ging daarbij voor in het uitspreken van een rede aan de hand van Psalm 90 vs. 3: »Gij doet den mensch wederkeeren tot verbrijzeling en zegt: Keert weder, gij menschenkinderen!" Het was een aandoenlijke plechtigheid. Menige traan werd weggepinkt!

Maar hen meent de koning niet, hen niet. Wat zullen we doen?" Het was reeds heelemaal donker geworden. Ze zaten aan het einde van een klein dorp dicht bij het bosch waar ze woonden. Het was juist de tijd, waarop al de aardmannetjes naar boven komen, om zich met de zaken der menschenkinderen te gaan bemoeien.

Want zooals de landman het oogenblik beidt, waarop dat groeien uit zal hebben, en zijn woord tot zijn dienstknechten: »Zend den sikkel uit en maai« uit kan gaan, zoo toeft en beidt ook God de Heere bij elk van zijn menschenkinderen, steeds uitziende naar dat bestemde oogenblik, naar die beschikte ure, waarop het rijpen uit zal hebben, en de vrucht van al zijn zorge, die Hij aan u besteedde, kan ingedragen in zijn Koninkrijk.

En hij trok hen van den boom en smeet hen in 't gedrang. En Uilenspiegel en Nele vielen zachtjes op den rug van de geesten, die ze kaatsend naar malkander smeten en spraken: Gegroet, menschenkinderen! Welkom, aardwormen! Wie wil het knaapje en het meideken? Zij komen ons bezoeken, de weekelingen. Genade! riepen Nele en Uilenspiegel, die van den een naar den anderen vlogen.

Wij zijn maar heel, heel gewone menschenkinderen, een mengsel van kwaad en goed, zooals millioenen anderen. 't Kan zijn, dat er op 't oogenblik in ons van 't goed meer aanwezig is, dan van 't kwaad, maar de oorzaak hiervan zou dan niet ver zijn te zoeken. Waar men leeft in eene eenvoudige omgeving, is 't geen moeite, om goed te zijn; men wordt 't als van zelf. En 't is volstrèkt géén kunst, géén verdienste, om geen kwaad te doen, waar ons geen gelegenheid daartoe geboden wordt. Later, als wij 't warme, veilige ouderlijke nest zijn uitgevlogen; staan in 't volle menschenleven, waar geen trouwe oudersarmen om ons heen worden geslagen; als om ons 's levens stormen woeden en razen; geen liefdevolle hand ons steunt; vasthoudt, als onze voeten wankelen ... d

o Gij, die meent dat tehuis een "goede" preek te lezen gij leest gewis altijd goede preeken, en krijgt niet dan slechte te hooren? o Gij, die meent dat tehuis een goede preek te lezen, en des noods een psalm er bij, even stichtelijk is als de openbare samenkomst; die het gebod des Zaligmakers om in de binnenkamer te bidden, tegen het bidden met de gemeente overstelt, hebt gij dan nimmer het hartverheffende gevoeld, dat het gezicht van zoovele menschenkinderen, uit alle standen, die met en rondom u hetzelfde lied aanheffen, hetzelfde woord van vertroosting aanhooren, en denzelfden Vader in de hemelen, in naam van denzelfden Verlosser, aanroepen, teweegbrengen kan?

Woord Van De Dag

1195

Anderen Op Zoek