United States or Benin ? Vote for the TOP Country of the Week !


Treslong zeide tot Lumey: Heer, schenk hem genade; hij is geen verrader, en nimmer zag men een man hangen omdat hij openhertig en meewarig was. Toen de mannen en vrouwlieden uit 't volk de woorden van Treslong hoorden, riepen zij: Genade heer, genade, heb medelijden met Uilenspiegel. Die ijzeren kop heeft mij getrotseerd, sprak Lumey: dat hij berouw hebbe en zegge, dat ik wel gedaan heb.

Maar, op bevel van messire Lumey, wederhield kapitein Marinus negentien monniken; alleen de soldaten en poorters liet hij gaan. En Uilenspiegel sprak: Soldatenwoord moet gulden woord wezen. Waarom breekt hij het zijne? Een oude Geus antwoordde hem: De monniken zijn de zonen Satans, de melaatschheid der landen, de schande der volken.

Toen de poorten hun geopend waren, ging een voetlooper messire Lumey verwittigen van hunne komst. Zoodra deze de miede ontving, sprong hij te peerd en, nauwelijks gekleed en vergezelschapt door eenige gewapende ruiters en voetknechten, kwam hij aan de boot. En nog eens kon Uilenspiegel den wreeden admiraal zien, gekleed als een heer, die in overvloed baadt. Goeden dag, heeren monniken, sprak hij.

Indien hij een Spanjaard of een katholiek priester in handen kreeg, liet hij hem zonder genade ophangen. Lumey had in Maart 1572 de kleine vloot der Watergeuzen aan de Engelsche kust in veiligheid gebracht, maar hij zou hier niet lang toeven.

Messire Lumey las: "Mijnheer en meester Marinus Brand last al den ministers, stadhouders en officieren der Vereenigde Provinciën, vrijelijk door te laten enz."

Lumey, voort de scherven vertrappend, bulderde: Gij trotseert mij, armzalige nietdeug, maar gij ook zult gehangen worden, niet in eene schuur, maar schandelijk op de Markt, in het aanschijn van elkeen. Schande over u, sprak Uilenspiegel, schande over ons: soldatenwoord is geen gulden woord meer! Wilt gij zwijgen, ijzeren kop! riep messire Lumey.

Lumey had de stad, nadat hij zijne schepen van levensmiddelen voorzien en met den behaalden buit gevuld had, weer willen verlaten, maar Treslong zette het door, dat men haar verdedigen zou, totdat men bevelen van den prins hieromtrent ontvangen had. De graaf van Bossu rukte, nadat hij voor den Briel afgeslagen was, naar Rotterdam op.

Terwijl messire Lumey aan tafel zat, welke vol wijn en vol vleesch stond, kwam een bode van Gorkum, vanwege kapitein Marinus, met het afschrift van de brieven des Prinsen van Oranje, "lastende en bevelende aan al de voogden van steden en andere plaatsen, de geestelijken in gelijke veiligheid, zekerheid en privilege te houden als de andere standen des volks".

Heer, ootmoediglijk richt ik mij tot u, om hen voor te spreken, want ik weet, dat soldatenwoord gulden woord is. Wie zijt gij? vroeg messire Lumey. Heer, antwoordde Uilenspiegel, ik ben Vlaming uit het schoone Vlaanderenland, boer, edelman, alles te zamen, en door de wereld ga ik aldus, om het goede en schoone te prijzen en volmondig te spotten met alles wat dwaas en verkeerd is.

Messire Lumey zeide toen tot Uilenspiegel: Vlaming, die het goede prijst en monniken spijst, gij zult met henzelven worden gehangen. Ik ben zonder vrees, antwoordde Uilenspiegel, soldatenwoord is gulden woord! Daar hebt gij u iets moois op den hals gehaald, sprak Lamme. De assche klopt op mijn hert, zeide Uilenspiegel.