Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 11 juni 2025
Laat ons het losgeld van den Jood bepalen, daar het luipaard zijn vlekken niet afleggen kan, en hij een Jood blijven wil." "De priester," zei Clement, "is niet half zoo zeker van de bekeering des Joods, sinds hij dien klap om de ooren gekregen heeft." "Loop, schelm, wat praat gij van bekeering? Hoe! hebt gij geene achting voor mij? Zijn allen heeren en geen knechts?
Zijn hoofd was gedekt met een kap, met lange struisvogelpluimen en veelkleurige veren opgeluisterd, enigermate gelijkende op een grote gevleugelde helm. Een karos van luipaard- en apevellen gemaakt, hing hem om de schouders, terwijl hij een schort van luipaardstaarten vervaardigd om de lenden, en lange kwispels, van de kwasten van ossestaarten gemaakt, aan de knieën en enkels hangen had.
Den tweeden dag na onze ontscheeping, bevond ik by myn ontwaken het aangezicht, de borst en de handen geheel met vlekken bedekt, die myne huid eenigzints gelykvormig maakten aan die van een luipaard; zy waaren veroorzaakt door muggen, die in zulk een groot aantal vliegen, dat men ze voor wolken zoude aanzien, en die my den geheelen nacht gezelschap hielden.
Op tien el afstand, staat Lejanne stil: hij mikt op den schouder van het onvoorzichtige dier en geeft vuur. De luipaard maakt eene beweging om te springen, en valt daarna op zijde. Wij gaan voorzichtig verder: de luipaard, of liever de jaguar, is dood. Het is een mannetje, wiens tanden van ouderdom afgesleten zijn. De Indianen van Guyana noemen dit dier macaraï.
Daar hij beweert, dat de Panthera bijkans door niets, dan de witachtige kleur van den Pardus te onderscheiden is, zoo wordt het wederom waarschijnlijk, dat met den Panthera der Romeinen de Noordsche Luipaard gemeend is, wiens grondkleur inderdaad sterk naar het witte trekt.
Het doel van onzen langen rit was een dorpje van armoedige strooien hutten, idyllisch gelegen in de schaduw van een donker boschje, waaruit het gekrijsch van talrijke bonte papegaaien opsteeg. Daarachter breidde zich een wijde savannah uit, ons jachtgebied, waar wij overvloed van wild aantroffen. Naast het gewone kleine wild joegen wij in de kloven een luipaard en verscheiden wolven op.
Evenals de Luipaard en den Tijger is de Jagoear in den regel stilzwijgend; hij knort, gromt, huilt en laat hoogstens een kattengeschreeuw hooren, dat aan zijn grootte geëvenredigd is. De Jagoear blijft dezelfde streek bewonen, zoo lang hij hier buit kan vinden en niet al te veel verontrust wordt.
Die besliste jachttalenten hebben deze soort van luipaard al vroeg doen africhten voor de jacht op de manier, waarop valken worden gebezigd als hulp van den mensch bij de vogeljacht.
»'k Heb den tijd," antwoordde de kapitein. Daarna, zich tot mij wendende, vroeg hij, zonder echter den luipaard, die naar ons keek, uit het oog te verliezen: »Heb je nooit een tchîta gedood, Maucler?" »Nooit." »Wil je er een dooden?" »Kapitein," antwoordde ik, »'k wil je dat prachtige schot niet ontnemen...." »Wat dat betreft," zei Hod, »'t is toch geen schot voor een jager!
Hier waren een groot aantal meerendeels inheemsche dieren: wolf , vos, das, ever, bever, ram, haas, kater, haan met kippen, raaf, met uitheemsche als leeuw, luipaard, beer, vereenigd tot eene maatschappij gelijk aan de feodale, bestuurd door Koning Leeuw die met zijne groote vazallen te rade gaat.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek