Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 13 mei 2025


Zoo Lucius leeft, dan wreekt hij ras uw smaad; De trotsche Saturninus en zijn gade, Zij zullen door hem beed'len aan de poorten, Als eens Tarquinius en zijn koningin. Thans naar de Gothen; 'k zamel daar een macht, Die mij op Rome en Saturninus wreek'. Een vertrek in Titus' huis. Een maal is aangericht. Titus, Marcus, Lavinia, en de jonge Lucius, een knaap, komen op.

En nu, mijn keizer, wees weer welgemoed; Begraaf in mijne listen al uw angsten. SATURNINUS. Zoo ga met goed gevolg en spreek hem toe. Een vlakte nabij Rome. Lucius, Bevelhebbers en Krijgers der Gothen, met trommen en vaandels, komen op.

In de' angst wierp ik mijn boeken weg, en vlood, Recht dwaas misschien. Vergeef mij, lieve moei; 'k Beloof u, zoo oom Marcus met mij gaat, Ben ik geheel en gaarne tot uw dienst. MARCUS. Goed, Lucius, 'k wil wel. TITUS. Hoe is 't, Lavinia? Marcus, spreek, wat wil zij? Er moet een boek zijn, dat zij wenscht te zien. Is 't een van deze, kind? Doe ze open, knaap.

Verkondigt plechtig onze waardigheid. Titus, vergun mij, deze maagd is mijn. TITUS. Wat, is dit inderdaad u ernst, mijn prins? BASSIANUS. Ja, eed'le Titus; vast ben ik besloten, Mijn aanspraak en mijn recht met kracht te staven. MARCUS. Het suum cuique geldt in Rome als recht; De prins neemt niets, dan wat naar recht het zijne is. LUCIUS. En wil en zal dit, zoolang Lucius leeft.

LUCIUS. Dood, zoo gij wilt; niet om zijn vrouw te zijn; Zij is verloofd, echt, wettig, met een ander. SATURNINUS. De keizer, Titus, neen! behoeft haar niet, Noch haar, noch u, noch iemand van uw stam; Die eens mij hoont, hem zal ik soms vertrouwen, U nimmer, noch uw valsche trotsche zoons, Verbonden allen tot mijn schande en oneer. Kon niemand hier in Rome een speelbal zijn Dan Saturninus?

Woord Van De Dag

rozen-hove

Anderen Op Zoek