Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 29 oktober 2025
Zeg me zoete lieve Lotje! wat is de oorzaak, datge schreit: Hebtge uw beugeltas verloren, of gebroken, lieve meid? Zou 'k niet schreien, waarde Keesje! moeder lief was niet voldaan Met mijn naaiwerk o! zij zag mij met verdriet en droefheid aan. Ja zij wilde mij niet kussen, zo als ze anders altijd doet. Foei mij! ach! dat zulk een moeder om mijn stoutheid treuren moet.
Gy weet, ik leg alles by elkander, tot dat ik mijne Vriendin Willis vinde. Dees dag is stil en eenzelvig voor uwe Pupil afgelopen; en ik ben maar wat aan 't haspelen geweest, om dat Letje in 't naauw was. 't Geval is zeer verre uitziende: zy heeft, deezen middag, het Bierglas van Juffrouw Hartog gebroken. "En ik niet, zeide Lotje, want dat beduidt een dooije." Dit deedt my lachen.
Ik heb wel geen haast om te trouwen; doch als ik nu maar wist, welk man ik moest kiezen, als my die haast eens overviel: dat is het maar. Nog geen Peccavi! en de dag is om. Lees ten slotte dit volgende. Letje kwam by my. De arme Lot, zei ze, is bedroeft; en ik geloof ook, ergens om verlegen. Ik. Dat spyt my, waar is zy? Laten wy zien, wat er scheelt. Wat scheelt u, Juffrouw Lotje? Zy. Ik. Zy.
Waarvoor die bizondere traktatie van-daag? Had ze een lotje uit de loterij getrokken, of was 't maar een nieuw grilletje? In allen geval bedankte hij, en zeide, dat als ze wilde, ter eere van het mooye weêr of wat dan ook, zij voor het eten maar iets lekkers moest laten klaarmaken, dan zouden zij samen weêr eens smullen. Nu vroeg Mathilde of de koffie gedaan was.
Ik ging zitten spelen, en wou myn verdriet weg zingen: 't was of myn vingers de kramp hadden; evenwel, ik dreunde lustig door. En Lotje vondt, dat ik mooi speelde: dat zeit al zo iets, niet waar?
Wy lezen zelf in den Bybel, kind; namentlyk de lieve Buigzaam, Letje en ik; want Juffrouw Hartog is veel te geleert, en Lotje veel te gek, om van die party te kunnen zyn. Ik verzeker u, dat ik nooit met zo veel smaak het Evangelie las als nu, nu ik by eene Vrouw ben, die godsdienstig is zonder veel uitwendigheid, en ons inprent, dat die wel doet, wel vindt. En daar meê is dat maar uit.
Mooglyk is Uwé van gedagten, dat elk, die zich niet met het air van Ongeloof voordoet, een lagen geest is; en dan is voor my niets raadzelagtigs in deeze uwe zeer vreemde gedagten over deezen waardigen jongen Heer. "Aan de vruchten zal men u kennen," zegt de Bybel, en dat is immers waar? Juffrouw Lotje. Heer, Juffrouw, gelooft Uwé dan in den Bybel? Juffrouw Buigzaam.
De Heer R. deedt haar een fraaije snuifdoos present: ik excuseerde my, met te zeggen: "dat ik niet snoof, en nimmer presenten aannam." Lotje is somwylen nog slim óók; zy hieldt zich, als of zy dit laatste niet hoorde; en nu is zy zo wys met die doos, dat het zo niet te zeggen is.
Lotje zat met een Almenak van 't voorleden Jaar, en hield zich of zy las; doch ik weet niet, of zy wel eens spelden kan. Wy waren zo dartel, dat de lieve Vrouw niet wist, wat zy van ons denken moest; en Letje was ongemeen woordenryk.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek