Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 26 juni 2025
Zoodra de tocht werkelijk aanvangt, als de grootste bel aan een bonten band bevestigd, aan den hals van de fraaiste koe gehangen en deze met bloemen tusschen de hoornen getooid is, als het pakpaard, met de kaasketels en den proviand beladen, gereed staat, terwijl de melkstoeltjes tusschen de hoornen van de Runderen gebonden zijn, als de knappe herders en herderinnen hunne Alpenliederen aanheffen en een jubelend gejoedel door het dal weerklinkt, geve men acht op de blijmoedige stemming, waarmede de goedhartige en dikwijls dartele dieren hun plaats in den stoet innemen en vroolijk loeiend naar de bergen marcheeren.
Voor hem en met hem leven kon zij niet, maar zij kon voor hem sterven. "Geoffrey, hoor mij ik sterf voor u; neem mijn offer aan en vergeet mij niet." Zoo! zij is in de branding. Hoe plechtig komen die golven, met hun witte kruinen, één voor één loeiend opzetten! Daar heft een zware golf het bootje omhoog, maar het drijft er op als een kurk.
Al de menschen uit het dorp waren gevlucht... Gevlucht, terwijl de Belgen en de Engelschen nog even standhielden en de barstende granaten in de straat begonnen neer te slaan. Zij waren gevlucht in de bosschen, ginds verre. Van daaruit, veilig verscholen, hadden zij 't loeiend aanrazen gehoord en van verre hun dorp zien branden... Nu was de storm voorbij en keerden zij terug. 't Viel mee.
De bruingebrande gezichten van de slijters hadden een ongewone, bijna grijnzende uitdrukking, het grazend vee troepte zich loeiend ergens samen, en de paarden werden zenuwachtig-ongeduldig, ter plaatse trippelend, met rillingen over hun klamme huid, als voelden zij, in bange gejaagdheid, het dreigend naderen van het gansch den dag verwachte onweer.
Op den straatweg liepen nog enkele voorbijgangers, het hoofd gebogen tegen de wilde stormvlagen, die telkens loeiend uit de verte naderden en dan voorbijgierden om in de schemering weg te ijlen.
Zelfs zij, die reeds de stad doorkruist hadden, waren het spoor volslagen bijster; de asch had hen schier blind gemaakt en de straten waren in den rook en onder de puinen verdwenen. Toch drong het gevaar tot spoed. Elk oogenblik vermeerderde rondom hen het knappend en loeiend vlammengedruisch...
Als er in de lente of in de herfst plotseling sneeuw valt, kunnen de Runderen het geurige, maar korte gras niet meer bereiken, en verzamelen zij zich loeiend voor de hutten, waar ternauwernood een schuilplaats voor hen te vinden is en waar de herder hen dikwijls niet eens een handvol hooi kan aanbieden. Bij aanhoudenden kouden regen zoeken zij beschutting onder de rotsen of in de wouden.
Terwijl zij de city naderden, groeiden het lawaai en het gewoel gestadig aan; toen zij de straten inliepen tusschen Shoreditch en Smithfield, was het gezwollen tot een loeiend geraas. Het was nu zoo licht als het waarschijnlijk blijven zou tot de avond opnieuw viel: de werkochtend van de helft der Londensche bevolking was begonnen.
Neen, ô neen, Ik smeek geen wraak, ô God! ik smeekbarmhartigheên. Toon my hem! Wien ik, mijns ondanks, nog in 't bevend hart omklem! Naar wien ik in den slaap nog de armen uitstrek, gloeiend Van schaamte, en van een vlam....! Ja, door mijne aadren loeiend En klaatrend overheert ze en volgt my waar ik 't pand Van zijne omhelzing draag, met onuitdoofbren brand. Mijn God!
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek