Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 10 september 2025
Haar blik was hard, gewoon-hard, en de lichtstreep, die de lampeklaarten op heur gladgestreken haar leiden, en bewoog geen steke naar achteren noch voren. Ze sprak: God hebbe zijn zielken. Het lieveken is gelukkig.
Het duurde zoolang, dat eindelijk de twee kleine zusterkens, hoofdje tegen hoofdje, op hunne bank waren in slaap gesukkeld. Dan was de school uit. De moeder ontkleedde de ingesluimerde wichtjes en droeg ze naar hun bed. Bavo en Lieveken keerden terug bij de tafel en keken daar in een klein boek met beeldekens.
Ze keek omme en zag het dutseken aandrevelen met een zakdoekje. 't Uwe, juffrouw? Ze tastte in haar pelsen mofje en bloosde, omdat een oude heer haar heel scherp aankeek binstdien. Ja, lieveken.... Danke. Verlegen liep ze verder. Tenden de strate lag de vaart. Nog de brug over en dan een klein draf ken. Wat zou ze zien? Een rappe angstigheid kwam over haar. Wat zal ik zien?
Des avonds, als Bavo en zijne zuster Amelia te huis kwamen, zeide men hun, dat vader de koorts had, en men zijne rust niet mocht storen. De jongen zag wel aan de treurigheid zijner moeder en aan het droeve zwijgen van Lieveken, dat de ziekte zijns vaders ernstig was.
Het beeld van Lieveken vervolgde hem overal; in het katoen, dat hij uitpluizen en schikken moest, vormde zich de gedaante der betreurde speelgenoote, nu met den onbegrijpelijken blik in de oogen, dan met hangend hoofd de droeve rust beginnende. Het woord "vaarwel!" klonk hem van alle kanten uit de geruchten der fabriek in de ooren.
Godelieve is een meisje, en over de meisjes is de moeder alleen meesteres. Dat hij met zijne bengels van jongens doe wat hij wil; ik kom daar ook niet tusschen. Wees niet bevreesd, Christina; al verroerde hij hemel en aarde, onze Lieveken zou toch niet naar het kantwerkhuis gaan.
Alleenlijk beklaagde zij het, dat Godelieve nu den winkel zou moeten verlaten, waar zij zoo wel was en op spoedige vervordering mocht hopen. Moeder Wildenslag betreurde dit insgelijks; maar zij meende, dat het niet onmogelijk zou zijn, in Frankrijk eenen anderen goeden winkel voor Lieveken te vinden. Hierop antwoordde Wildenslag: "Ba, ba! met uwen winkel! Godelieve is nu sterk genoeg geworden.
Vrouw Damhout verborg noch voor haren man noch voor Lieveken, dat zij, als ware het uit den hemel gedaald, in hare kas een vijffrankstuk had gevonden, hetwelk er wel zeker nooit in gelegen had.
Zijne moeder had het niet gezegd; maar waarom dan had zij gesproken van eene geheime neiging des harten, van een gevoel, dat hij moest pogen te beheerschen en te overwinnen? Van dan af werd Bavo aangaande Godelieve achterhoudend met zijne moeder. Telkens dat zij zelve, en het gebeurde niet dikwijls meer, den naam van Lieveken noemde, keerde hij de samenspraak af.
Zoo bleven dien avond in de woning van Damhout bittere, hopelooze tranen vlieten, totdat moeder Wildenslag hare Godelieve kwam roepen en ze mede naar huis nam. Den volgenden dag ging het wat beter. Uitgeput van weenen, getroost en versterkt door de vriendelijke woorden van vrouw Damhout en van Bavo, had Lieveken de zaak allengs met meer verduldigheid beginnen in te zien.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek