Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 24 juni 2025
Aan een van deze zat een eenzaam knaapje te lezen bij een kwijnend vuurtje; en Scrooge ging op een bank zitten en weende toen hij zijn eigen arme ik daar zoo vergeten zag zitten, net als vroeger.
Overigens was zijn komst een weldaad geweest en zijn verblijf een zegen. Vóór de komst van vader Madeleine was alles kwijnend in het oord; nu leefde alles van een gezonden arbeid. Een druk verkeer drong overal door en verspreidde een algemeene welvaart. Lediggang en armoede waren onbekend.
De uitslag van alle pogingen om dit deel van Amerika ten zuiden van 41° breedte te koloniseeren, is ellendig geweest. Port Famine drukt door haar naam, Hongerhaven, het kwijnend en vreeselijk lijden uit van vele honderden ongelukkige lieden, van wie slechts één in 't leven bleef, om hunne rampen te vertellen.
Die groote blauwe oogen, zoo kwijnend en zoo vol dankbaarheid op hem gevestigd; dat fijn gelaat, dat zuiver voorhoofd, waarop nu de rozeverf der kuischheid en der schaamte wolkte! O! zij was schooner nog dan het engelachtig Lieveken zijner droomen. Wat geweldigen strijd voerde hij tegen zijn hart!
Zij konden de betalingen van de belastingen, welke hun voorgangers de omliggende landen hadden afgeperst, niet gedaan krijgen en hun armoede nam hand over hand toe. De heiligdommen der goden leidden een kwijnend bestaan, door gebrek aan vereerders en zelfs de hoogeren onder de priesters hadden een hard bestaan.
Twee boeren, elk met een hooge zeis op hun schouder, kwamen met doorzakkende knieën over den weg zij zwegen en rookten, en wat kwijnend licht glom aan het punt van het staal. In gindsche stilte naderde traag en dof kargedokker.
Men knielt voor u, men bezingt uwe glorie en men waant u gelukkig, o, machtige vorst van Ascalonië!... maar uw oog is kwijnend en in uw hart is het duister als in een graf. Uwe arme Ermelinde, uw aangebeden kind, niet waar? Gij waant ze dood, gij vermoedt niet, dat een godvergeten toovenaar ze aan uwe liefde heeft ontstolen.
Het ergerde hem, dat Bertie daar half liggen bleef, kwijnend bevallig, zijne mooie hand afhangende op de leuning van den stoel, en hij zag niet, dat die houding op dit oogenblik eene pose was om eene, al te overmeesterende, aandoening te verhelen.
Ga zitten, en vertel mij van de tableaux! riep Eline opgetogen.... toen, zich bedenkende, dat zij den dag te voren ongesteld was geweest, hernam ze kwijnend: Het speet me vreeselijk, dat ik gisteren zoo ziek en akelig was. Vreeselijke hoofdpijn.... Ik kan het je niet aanzien. Heusch, Paul! Denk je, dat ik anders niet was gekomen om je talent te bewonderen?
Dit zeide hij aan de ontbijttafel, eenige ochtenden nadat hij met Ophelia was aangekomen. "O, zij is welkom," zeide Marie en liet kwijnend haar hoofd op hare handen rusten. "Ik denk dat zij wel iets ondervinden zal, namelijk, dat wij meesteressen hier eigenlijk de slavinnen zijn." "O zeker, dat zal zij wel ontdekken, en nog een aantal heilzame waarheden bovendien," zeide St.-Clare.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek