United States or Greenland ? Vote for the TOP Country of the Week !


"Hoe vaart u, meneer? Aangenaam u te zien. Heeft u den weg alleen kunnen vinden? Een kruier genomen, zegt u? Wel, d

Ze zijn misschien al dood, nokte Madame. Men mag zich nooit het ergste verbeelden, Mevrouw. Dat zeg ik ook... maar nu weten wij van den oorlog mee te spreken... In een straat, aan weerszijden met kleine arbeiderswoningen bebouwd, woonde de kruier. Hij draaide het gaslicht op in het voorkamertje, verontschuldigde zich dat hij even zijn vrouw ging verwittigen.

Ik zou eerst maar een avondboterhammetje eten en het bed eens probeeren, dan kunnen we morgen verder praten, besloot de huisvrouw. Zij dronken samen een kommetje slappen koffie en aten boterhammen met kaas. Dan ging de Kruier met zijn vluchteling nog een slaapsmutsken drinken in een kroeg in de buurt, waar men de laatste berichten uit de brandende stad vernam.

"Moord!" roept op gesmoorden toon een der mannen, de kruier, als plotseling, met een verraderlijken ruk, de honden-koopman zijn rechterhand bevrijdt en hem daarmede de keel dichtknijpt. Strijkman siddert van angst; terug kan hij niet, want de opening der deur en ook 't portaal is door de aangroeiende burenmassa geheel ingenomen.

Men oordeele: De Kruier is vlijtig: Men versta mij echter wel: hij loopt het werk niet na, noch dringt zijne diensten met onbescheidenheid op. Neen!

Toen wij de laatste brug der vestingwerken hadden verlaten en de trekschuit in 't gezicht kregen, zag ik hem weder ophouden en eenige woorden wisselen met iemand, die zich nabij de klep van de schuit hield; waarna hij in vollen draf verder reed. Wij waren spoedig aan de plaats der afvaart, waar de kruier zich met mijn goed bevond en mij het roefbriefje ter hand stelde.

Nog denzelfden avond rekenden zij af met den Kruier, inviteerden den gastheer en zijn vrouw om eens naar Antwerpen te komen. Ditmaal sliep Snepvangers ook niet, Het alkoofbed scheen hem hard en bedompt. Madame had medelijden met zijn steunen. Morgen slapen wij in ons eigen bed, troostte zij.

En toen ging ik heen, en nam myn bruidsuikers weer mee, want, ronduit gezegd, het beviel me daar niet. Ik voelde me niet op myn gemak. Een makelaar is toch geen kruier, dunkt me, en ik beweer dat ik er fatsoenlyk uitzie. Ik had mijn jas met bont aan, en toch zat ze daar zoo eenvoudig, en praatte zoo kalm met haar kinderen, alsof ze alleen was.

Precies! Op het plein, door de rumoerige menigte die er met krijtende kinderen en vreemd gepak bivakkeerden, keerden zij weer naar het station waar vluchtelingen af en aan liepen. De kruier zagen zij niet. Van ontsteltenis kregen zij telkens dorst. Wat zijn de soldaten toch braaf, zei Madame, zie maar eens hoe zij de arme menschen helpen.

Ze stuwde Wouter op-zy, toen-i met z'n gewone dienstvaardigheid behulpzaam wezen wou in 't afladen, en droeg met den kruier 't vry zware voorwerp dat haar gebracht werd, het huisjen in, en met één vaart naar de achterkamer door.