Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 8 mei 2025
'n Mensch moet niet alles aan 't klokzeel hangen, mijn vrouw eet gaarne visch en ik vang hem gaarne... daarom kochten wij grond en water... Maar zwijgen, Snepvangers. Ja Sander, en Snepvangers droomde van de verborgen genoegens van den kousenvent. Ik speek gaarne, maar ik visch nog liever! Dat geloof ik. 't Is een oud Scheldewiel, en diep, och zoo diep!
Beschaamd zweeg Snepvangers dan, maar wanneer hij toevallig in den plas kon treffen, dan zegevierde hij: 't Is er in, Sander. Ge leert bij, moedigde de kousenvent aan, 't is niet zoo gemakkelijk als het wel schijnt... Ge begint er ook al plezier in te krijgen, niet waar? Zoo ging de lente voorbij en de zwoele zomer woog op de stad. Snepvangers leefde genoeglijk en stil.
Snepvangers stak de straat over en zocht zijnen hond te verontschuldigen. Dat doet hij anders nooit, Sander. Neen, schuddebolde de kousenvent, maar hij zei geen woord, verbluft door den plotsen aanval. De mogelijkheid van een gesprek met Snepvangers te voeren had hij nimmer bedacht. Onthust staarde Snepvangers in den klaren hemel, Sander vergat te rooken. Schoon lenteweer, teemde Snepvangers.
Spitsken werd besteed bij Craen, nieuwe reiszakken werden gekocht en gevuld met nieuwe spullen, afscheid werd genomen van de kinderen en Albertken, van de kennissen. De kousenvent, die niet meer over de reis gesproken had, werd niet vergeten. Hij zou een oogsken in 't zeil houden en met Marieken waken op het huis.
Snepvangers keek verstomd naar den talmenden, vergenoegden kousenvent. Deze lachte sluw en pinkoogde. Wat gaat er dan gebeuren, Sander? Ik ga uit visschen! Och anders niet, ontviel het den teleurgestelden Snepvangers. Ik ga uit visschen en zal dus niet speeken! Wel, wel toch! En ik ken iets van visschen!
Voor twee visschen is toch te veel!... Maar nu ik er aan denk, Snepvangers, hebt gij een vischverlof? Neen, Sander. Dan kunt ge in de boet zijn als de veldwachter komt. Daar heb ik niet aan gedacht, prevelde Snepvangers onthutst, en de vreugd der vangst was bedorven; gij hebt me niet gewaarschuwd. Och, ik dacht dat gij de wetten kendet, lachte de kousenvent en ging voort aan zijn werk.
Stilaan begon Snepvangers er ook minder tegen op te zien, zijn bezwaren vielen weg, de reislust werd ook in hem gewekt en de prospectus begon ook hem aan te lokken. Hij nam den kousenvent in zijn vertrouwen, sprak hem van zijn reisplan. Niet doen, Snepvangers. Waarom niet, Sander? Niet doen, zeg ik. Maar waarom niet?
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek