United States or Hungary ? Vote for the TOP Country of the Week !


Ik zeide het reeds, wie het waalsche volk inderdaad wil leeren kennen, moet het gadeslaan bij zijn arbeid, bij den rook zijner kolen, bij het oorverdoovend geraas zijner machines.

Het verblijf van Jondrette had een zonderling aanzien, en Marius ontdekte nu de oorzaak van het wonderbaar licht dat hij had opgemerkt. Een kaars brandde op een groen uitgeslagen koperen kandelaar, maar deze kaars verlichtte eigenlijk het vertrek niet. Het geheele hol was als geïllumineerd door het schijnsel van de brandende kolen in een groot ijzeren komfoor, dat onder den schoorsteen stond.

Dit alles begeleidde zij door bijzondere gebaren, terwijl de kater zich in kringen om haar heen bewoog. Vonken spetten uit zijn staart, een smallen vuurring vormend. Spoedig begonnen de kolen te glimmen en eindelijk sloegen blauwe vlammen van onder den drievoet uit.

Ik bid u, geloof, o doorluchtige nicht, dat ik op gloeiende kolen gestaan heb zozeer verlangde ik uw koninklijke begeerte te voldoen." "Uw genegenheid, Mijnheer, is mij zeer aangenaam; ook heb ik voorgenomen u heden om uw goede diensten te belonen." "Genadige Vorstin, het is mij reeds een zo grote gunst uwe Majesteit te mogen volgen en dienen. Laat mij toe u overal te verzeilen.

Ik greep niet alleen het blad papier maar ook het perkament van Saknussemm; met koortsachtig bevende hand wilde ik alles op de kolen werpen en dit gevaarlijke geheim vernietigen, toen de kamerdeur geopend werd en mijn oom verscheen. De professor aan het werk. De neef valt in slaap. De huissleutel verdwenen. De vreugde van mijn oom. De lezing van het document. De valiezen moeten gepakt worden.

Nu, eens dat hij in zijne lochting kolen mat, toonde Soetkin hem een grooten vogel, die in de lucht boven het duivenhok zweefde. Klaas nam zijn handboog en sprak: De duivel redde Zijne Sperwerachtigheid! Toen hij den pijl in den boog had gestoken, hield hij zich in de lochting, alwaar hij al de bewegingen van den vogel met de oogen volgde om hem niet te missen. Het was valavond.

Mij...ijnheer Spittael, ha...ha...handelaar in kolen, hervatte hoogmoedig Massijn, de jonge prinsen aan een tweede dorpsheer voorstellend. Mij...ijnheer De Vreught, gepensioneerd o...o...onderwijzer, tot een derde.

Omstreeks tien uren is alles in de karavanserai in rust gedompeld; de lichten worden uitgeblazen, en men ziet niets meer dan de gloeiende vuurhaard, waarlangs zich nu en dan de donkere gestalte beweegt van een man, die half slapende eenige kolen op het vuur werpt. 8 April. De grond is wel hard, en ik ben zeer blij dat het dag is; want mijn geheele lichaam, van het hoofd tot de voeten, is stijf.

Daar haalt dan ook zes hem al voorbij; die weet wat het zegt, zijn adem voor het laatst bewaren.» «En zeven ook; drie en vier raken het kwijt; wat zeide ikmerkte Simon op. «Om het even, als dat gladde gezicht er maar niet komtmeende de kolenbrander uit Acharnai. «Ik zie hem wel, als ik 's morgens vroeg met mijn kolen in Athene kom; dan zwiert hij nog met zijn makkers langs de straat en haalt allerlei streken uit.» «Pheidippides is het, de zoon van Timotheoszeide een deftige Athener van goeden huize, die zich thans voor het eerst in het gesprek mengde. «Ik ken zijn vader, een braaf man, die niet ledig heeft gezeten toen het gold den tiran Hippias te verjagen.

De kolen in den haard rommelden plotseling, vlammetjes schoten uit en hun licht was in de kamer. "Dora," zei hij in eens, "hoe vind je Penning?" Penning was ook een vrind uit z'n jeugd. Jaren lang hatti 'm niet gezien, hij wist alleen datti ingenieur was geworden.