United States or South Africa ? Vote for the TOP Country of the Week !


Een oogenblik kwam wel, toen hij den prins zoo weerloos voor zich te bed zag liggen, de vurige wensch bij hem op, om zich op zijn slachtoffer te werpen daardoor begaf hem bijna de spraak en kon hij slechts met moeite op de eenvoudige tot hem gerichte vragen antwoorden , doch even spoedig als die gedachte bij hem opgekomen was, even spoedig week zij weder voor koel en bedaard overleg.

Hij vroeg of zij niet vrij konden komen. »Als je voor hen wilt betalenwas het antwoord, »maar waarom wilt ge uw geld weggooien en slechte menschen loskoopenDoch hij bedacht zich niet, hij betaalde het losgeld en toen zij vrij waren, gingen zij gezamenlijk verder. Zij kwamen in het bosch waar zij het eerst den vos hadden gezien, het was daar koel en aangenaam, want de zon brandde fel.

Want zijn realisme was zuiver zedekundig-maatschappelijk en humanitair, stond geheel onder den invloed van zijn behoefte tot aanwijzen van misbruiken en opwekken tot verbeteren. Niet om de koel- en verstandelijk waargenomen werkelijkheid weer te geven, was het hem te doen.

En toen zij na eenigen tijd zijn rijtuig hoorde wegrollen, verwonderde zij zich, dat hij haar zoo koel had gekust, in dat laatste oogenblik van vertrouwelijkheid.

Hij beschouwde het groote litteeken dat aan dit gezicht, waarop God het merkteeken der goedheid had gedrukt, een stempel van heldenmoed gaf. Hij bedacht, dat die man zijn vader was en nu was gestorven, en hij bleef koel. Zijn droefheid was dezelfde, die hij bij den aanblik van ieder anderen doode gevoeld zou hebben. Er was rouw, smartelijke rouw in deze kamer.

Heeft uwe vriendin gisteren u koel bejegend, morgen zal zij u lachend tegemoet komen. Dat gaat zoo op en af, als het water in de Schelde.... en in afwachting martelen wij ons nutteloos. Een jongen als gij, fiksch van gelaat, sterk en geheel anders dan arm, welk meisje dezer streek zou niet met blijdschap en trotschheid zijne hand aanvaarden?

"Mijn dochter!" riep Aylva, haar te gemoet komende en haar met teederheid omarmende: "zijt gij het waarlijk?" "Hoezee voor Madzy Dekama!" riepen Helbada en Worp Ropta, deze reis eenstemmig: "Hoezee voor de Roos van Dekama!" riepen Schieringers en Vetkoopers: "Hoezee!" riep de gansche vergadering. Adeelen alleen bleef zwijgend en koel dit tooneel beschouwen.

Het eerste, wat hij gewaar werd, was de gedaante van een rijzige en elegante vrouw, die zich over hem heen boog en er half verlegen, half verschrikt, uitzag. Hij had nog geen besef wie dat zijn kon. Die rijzige gestalte en dat schoon, maar koel gelaat kwamen hem zoo bekend voor, en toch kon hij zich den naam niet herinneren.

Het was hem, den Sheik en Arabier, onmogelijk koel toeschouwer te blijven, en later den onhandige met een scherpe vermaning weg te zenden, zooals een Westerling allicht zou gedaan hebben, hij moest zijn woede openlijk lucht geven. Nog voordat de Sheik van zijne drift bekomen was, hadden een dozijn handen de paarden bij 't gebit gegrepen en tot staan gebracht.

En daar was niets aan te doen; het projectiel moest onfeilbaar met dezelfde snelheid de Aarde bereiken waarop het uit het stuk geschoten was: 16,000 meter in de laatste seconde! »Wij zijn verloren!" zei Nicholl koel. »Welnu," antwoordde Barbicane, »als wij sterven, kan men van onze reis van alles verzinnen. Wij kunnen er niets aan doen. Aan ons ligt het niet.