Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 24 juli 2025


Onmiddellijk na zijn aankomst opende de blijkbaar hongerige nieuweling den snavel en tot ieders verwondering ontfermde de Reuzenijsvogel zich over het weeskind. Hij nam een stukje vleesch, bewerkte het met den snavel zoo lang, tot hij het week genoeg achtte en stak het zijn voedsterling zorgvuldig in den mond. Met dit bedrijf ging hij voort, totdat de jonge Koekoek in staat was zelf te eten.

Nu rook de boom den geur van het muskusplantje en al spoedig den nog sterkeren geur van de kamperfoelie en de viooltjes; het was hem als hoorde hij den koekoek hem antwoord geven. Ja, door de wolken kwamen de groene toppen van het bosch te voorschijn, en onder zich zag de eik de andere boomen, hoe zij groeiden en zich verhieven.

De volwassen Koekoek heeft weinige vijanden. Zijn bekwaamheid in 't vliegen beveiligt hem tegen de vervolgingen van de meeste Valken; van de klimmende roofdieren heeft hij waarschijnlijk nooit iets te vreezen. Vaak wordt hij echter geplaagd door kleine Vogels: niet alleen door die soorten, welke hij in den regel met de verzorging van zijn kroost belast, maar ook door andere.

Luilèk ... biddesèk, stoat om neige ure op ... neige of hèlleftien.... hep je de Luilèk nauit gesien? Een donkere worp van doode ratten en katten, weken lang al vooruit in de polders als prooi beloerd, was dof néérgebonkt op ruiten en ramen van beluilakte buurtgenooten, die woedend met bedreigingen losschoten, zonder iets te durven doen. Een paar dagen later hadden diezelfde kinderen zich de morsige handen koel afgespoeld in de buitensche slootjes en gezocht naar de rose-witte en hel-gele, stralende pinksterbloemen en de zalm-roode klaproos. Met land- en grasgeurig doorzwoelde bouquetten, vol koekoek en gele lisch, met vetglanzende boteren paardebloemen, waren zij komen aanzwalken bij troepjes van Amstelveen, Ringdijk, Ouderkerk, Rietlanden en Watergraafsmeer. De morsige handjes hadden bij duizenden rondgestrooid

Nergens bespeur ik onraad, maar ook nergens een teeken dat er vrienden in den omtrek zijn. Nauwlettend bekijk ik den grond, of de voetstappen iets te zeggen hebben. Luister, klonk daar niet het geroep van den koekoek? Dat is het teeken van de blanke jagers, waarbij ook ik behoor. Doodstil blijf ik staan en wacht. Opnieuw klinkt het: koekoek, koekoek, koekoek, driemaal.

En 'n lap lucht kan je zoo zoetjes en zachies in prakkezeere ... Daar in Scheveninge, a'k dan op me krukkie ging staan, keek ik zóó over de duine in zee... Och man, en bij donder en bliksem maar over die koekoek heen hange, want voor 'n gesjochte jonge is er ommers tòch geen nood... En ... atheïste kenne geen angst! "Ja.... daar in Scheveninge, da's nou mijn Kurhaus.

Ik sluip dus verder in de richting van de telkens herhaalde koekoeksroepen. 't Is wel wat ongewoon, in dit plantsoentje een koekoek te hooren. Die komen anders niet onder de rook van de hoofdstad. Maar die ongewoonheid geldt alleen voor eerzame burgers en voor den boschwachter. Wij weten hier van geen hoofdstad, we zwerven in de wildernis van het verre westen.

Zij sliepen hoofd tegen hoofd, in malkander verloren en opgenomen, om nat van den dauw, bibberend wakker te worden, als het eerste licht opstond en de smoor nog op het veld en in de hooioppers lag getresd. 't Was dag. De bloemen waren nog gesloten, maar hanen kraaiden, een hond baste, een koekoek riep van uit het bemiste bosch.

Maar wijl de koekoek korter in dit land blijft dan elke andere trekvogel, zou zij stellig geen tijd genoeg hebben voor de achtereenvolgende uitbroedingen. Wij kunnen dus in het feit, dat de koekoek verscheidene keeren paart en hare eieren bij tusschenpoozen legt, de oorzaak vinden waarom zij die in de nesten van andere vogels legt en hen aan de zorg van pleegouders overlaat.

Behalve door twee deuren, die in het volkslogies uitkwamen, en een raam aan den voorkant, dat eenig schemerlicht uit het groot luik zou toegelaten hebben, wanneer het niet gesloten werd gehouden, omdat wij anders voor iedereen der bemanning te kijk waren, ontvingen wij licht en lucht door een koekoek boven onze hoofden.

Woord Van De Dag

1195

Anderen Op Zoek