Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 27 juli 2025


Door het raam had hij over den bloementuin heen een vrij gezicht op zijn landerijen, en hij genoot bij het gezicht van den rijken oogst, die zijn velden beloofden. Daar werd aan de deur geklopt. We weten, dat het temperament en het karakter van den mensch een neiging heeft, om zich in al zijn handelingen te weerspiegelen. De driftige klopt forsch, haastig, brutaal.

Niemand spreekt tot hem en elkeen schuwt hem, zoodat hij genoodzaakt is bij de arme lieden uit den Rooden Valk te gaan, om zijn kapperken bruinbier in eenzaamheid te drinken. 't Is een groote straffe. De assche klopt! sprak nogmaals Uilenspiegel.

De assche klopt niet meer op uw hert, spraken zij: ten gevolge van de edicten, hebben honderdduizend gezinnen de ambachten, de nijverheid onzer landen, overgebracht naar het Noordwesten, naar Engeland; betoon maar medelijden voor de bewerkers van onzen ondergang!

»Ik ben een Maleier, heer, en ik verkoop aan de Dajaks amuletten om hen onkwetsbaar te maken." Kees lachte. »Maken ze werkelijk onkwetsbaar?" vroeg hij. »Ik weet het niet, heer," zei de Maleier met een sluw lachje. »Maar de Dajaks gelooven het en betalen er veel voor," vervolgde hij. »Ik geloof, dat jij een slimme vogel bent, Amat; je klopt die arme Dajaks het geld uit den gordel."

Wij zijn rondom de hoeve, houdt uwen adem in. Uilenspiegel klopt op de deur, de honden bassen. Hij klopt nogmaals; een venster wordt geopend en de boer, die het hoofd buitensteekt, vraagt: Wie zijt gij? Hij ziet niemand dan Uilenspiegel: de anderen zijn verborgen achter de keet. Uilenspiegel antwoordde: Messire Bossu gelast u oogenblikkelijk bij hem, naar Amsterdam, te komen.

De assche die klopt op mijne borst, zegt mij, dat Egmond, de dappere krijgsman, met de landwacht, die hij aanvoert, tegen den hertog van Alva zijne driemaal zegevierende troepen kan stellen. Ga heen, antwoordde Egmond, ik ben geen verrader. Red onze landen, gij alleen vermoogt het, sprak Uilenspiegel.

Aan wie de hoogste lauwer? Wij beslissen niet: maar dit weten we wel, dat wij hem beklagen, wiens hart niet sneller klopt, wiens oog niet tintelt, wiens geest zich niet verkwikt en verheft bij het lezen van het onopgesmukte, naïef-eenvoudige, bijkans zouden wij zeggen platte, verhaal van hun lijden en strijden; hem, wien de zin ontbreekt voor de waarachtige poëzie, in dat nuchtere dagverhaal verborgen, meer dan in zoo menig hoogdravend gedicht.

Hans!" met een naar geluid doet hooren, klopt het hart van den hulpvaardige met hevige slagen; maar spreekt hij toch gedurig van: moed houden, en dat het wel beter zal gaan. Zie, 't moet een geweldige koorts zijn, die den arme als het ware verscheurt.

~Karig~, ~gierig~ en ~vrekkig~ duiden aan, dat men zoomin mogelijk wil missen van zijn overvloed. ~Karig~ drukt dit het minst sterk uit; wie karig is, geeft weinig, en wat hij geeft, geeft hij slechts noode. ~Gierig~ en ~vrekkig~ zijn veel sterker en duiden bovendien aan, dat men door hebzucht gedreven wordt, wat karig niet onderstelt. Bij een gierigaard klopt een hulpbehoevende te vergeefs aan.

Uit de werkplaats komt men met een zijdeur in de smalle gang van het huis. In 't midden ervan bevindt zich een trap. Helmond beklimt die, en op een donker portaaltje gekomen, klopt hij op de deur der voorkamer, die boven de werkplaats van Krul is. Uit de tegenovergestelde richting van die, waaruit Helmond een antwoord verwacht, klinkt het: binnen! ofschoon dof en uit de verte.

Woord Van De Dag

staande

Anderen Op Zoek