Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 5 juni 2025


Dan ging Ghielen bij 't venster staan en Doka werkte in 't achterhuis. Als ge wilt uitgaan, 'k en zou toch in Godsnaam niet wachten tot 't avondt, riep ze. Ghielen draaide onvoldaan en mismoedig rond op zijne kloefen, ging buiten aan 't hofgat, keerde weer, altijd in 't gedacht: met wat te wachten win ik misschien vijftig franken.

Bij den burgemeester moest hij door een net hoveken achter een traliehek en Treite merkte in een draai, 't paar nieuwe kloefen die langs het bloemenwegelken stonden afgezet nevens de spade van den hovenier. Zeezand! wit lijk tin! De meid kwam gestoord naar buiten en bij 't openstaan der deur hoorde Treite den hovenier in de keuken die zijne pinte bier dronk en een rookte.

In de dorpsdreef ontmoette hij veel boeren en boerinnen die ter kerke gingen. Ze riepen van verre goêndag naar malkaar en vorderden hunnen weg. De straat tusschen de huizen was vol menschen en hunne kloefen en schoenen klonken tegen de stille hardvervrorene steenen.

Zonder spreken nam hij plaats bij den heerd, trok de leerden uit en zijn vest, deed de wit gewasschene kloefen aan en bleef in de baaimouwen zitten geeuwen en rekken met de armen achterover. Hij keek bezijds naar de gedekte tafel en naar moeder, die den blik verstond, hij lonkte naar het uurwerk, stond op en zette zich bij tafel. Julie, 't is tijd, we gaan eten.

Ze deden nu elk eenen kant van de straat en vulden de mate overhands. Binst dat Manes bij den winkelier den koop besprak van een petrolvat, haalde Treite de gestolene kloefen van onder 't laatste zandhoopje en bond ze onder de kar met een touw aan den as tusschen de wielen. Wanneer gaan we nu eten krijgen? hervroeg de kerel altijd bij zichzelf.

Donkerling, bij den tast strompelde zij achterwaards de vautesteiger af; zij zocht daar beneden om kloefen en klopte voort over den vloer naar de plaats waar ze wist het vuurslag te vinden.

Hij was overdanig blij dat hij vandage zooveel geleerd en gezien had, maar 't voornaamste nog was zijne welgezindheid om het buitenkansje: de kloefen en den dooden kater. Ha kerel, morgen wordt ge 't vel afgestroopt en er zal geld afkomen! Hij wist bij zichzelf wat duivelsch fijnen toer hij gespeeld had en loech nu wel met al de gerekende knapheid van Manes' commersie.

Nu is ze weer in heur keuken bij den hovenier, overlegde hij, en ter zelfder tijd, zonder ommezien, stoop hij om kwansuis iets op te rapen dat gevallen lag, en in 't rechtstaan hadden zijne handen de kloefen mede, hij hield ze tegen de borst en liet ze voorover in de kar vallen. In eenen draai waren ze onder 't zand gestopt, en Treite volgde zoo kalm mogelijk zijnen weg.

De bossen kriepten, en de krekels ook in den gerskant. Al het landvolk was reeds thuis of weg en de oude boer en keek niet naar 't geen hij voorbijreed. Het achterlijf van den os bekeek hij niet en de kloefen die onder zijne oogen, aan de magere voeten hingen, zag hij wel rakelings over 't zand slepen, maar hij was elders en met een groot gedacht vol bezig.

In de schemering overal was 't zoo plechtig als een Sinter-Klaasdag als ze hun pander met dingen uit den hemel moesten gaan vinden. Ze zochten sjerpen en kloefen en muts, en stonden te wachten zonder te durven vragen of zeggen wat er hun scheelde, met den krijsch gereed op de lippen.

Woord Van De Dag

verheerlijking

Anderen Op Zoek