Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 5 juli 2025
Binstdat ze de deurbelle deed rinkelen en zich nog aan 't verwonderen was over den lang-vergeten klank ervan, merkte ze achter zich, midden de strate, Justa. Justa beweerde dat ze juffrouw was gaan opzoeken, om wille van de vroege donkerte, en dat ze nu toch danig tevreden was dat juffrouw endelijk ongedeerd was thuis geraakt.
Om dwaze plannen te kunnen tegenwerken, moest ze Goedele's inzichten kennen. En Goedele was ondoordringbaar.... Ursule's vroegere strijdlustigheid geraakte wakker stilaan: ze zou weer door oolijke listen hare dochter overwinnen, lijk ze vroeger haar vader overwonnen had. Ze deed Goedele door Justa, de nieuwe meid, bespieden.
Al gaande liet ze hare hand lui sleeren langs het tafelberd, ten teeken van onbekommerde rustigheid. Ursule vroeg: Ge hebt Justa doorgezonden? Dat jong walgt me. Ge hebt ze doorgezonden? Ja.... Ursule stoop zich naar heur en naderde. Ze riep ineens: Maar wat meent ge? En ben ik, hier niet? Mij wordt voortaan, en mij alleen, en zonder tegenwoord gehoorzaamd! Gij hebt mij noodig, gij en Romaan.
Wat zeggen ze? vroeg Ursule. Bijna niets ... een woord ... een ja een neen.... Maar, hoofdzakelijk? Niets! zei Justa. Ursule werd koortsig daarvan, hetgeen haar dan niet het minst voordeelig was, want al nijpender drong de pijne van haar "rheumatiek" in hare braaien en ze kon soms rijzekens opstaan uit haren zetel. Ze wilde geen dokter. 't Is rheumatiek. Dat was zóo haar zeker zijn.
Ze deed overigens maar af en toe hare dochter achtervolgen, en daar Justa haar iedermaal zeggen kwam dat Goedele bij haar broer binnen was, had zij geen verdere verdenkingen. Omdat Goedele ook thuis tot redelijke handeling scheen teruggekeerd en nu teenemaal met Sebastiaan verzoend bleek, had ze geen onrustigheid meer.
Justa moest al de brieven over den moordamp in de keuken openbreken, moest in Goedele's kamer snuffelen en laden met valsche sleutels ontsluiten, alles omkeeren en inzien en beloeren. Ze had Justa voor dergelijk werk bijzonderlijk aangenomen. Justa was een klein vrouwken, levendig en minzaam.
Ze zag Justa en vroeg, verwilderd: Zijde gij hier nog? Ze lei haren hoed op een stoel, en, als ze de gewone dingen hier gewaar werd, die tafel en die kasse en 't gezellige klavier, stortte hopeloos haar wee over haar. Vader zat bij 't venster met een kaartspel aan 't tellen. Zijn grijze krullekop zilverde aardig in 't zijgende licht. Ze had hem willen kussen.
En ik heb ulie noodig, alle twee. Het is nu de tijd dat de sterke samenwerking eene werkelijkheid moet worden. Het hoofd van dat alles, dat ben ik. Ik begrijp u niet. Gehoorzaam zonder begrijpen. Ik ben het hoofd zeg ik u. Justa blijft. Romaan.... Maar hoe wordt Romaan hierin gemengd? Eens staat hij daar, nevens u. En Madeleen?
Mevrouw was zoo ongerust in den namiddag! fleemde ze zoeterig, terwijl ze den groote sleutel in het klinkende slot duwde. Mevrouw wilde maar altijd nieuws weten. Juffrouw weet nu misschien wel nieuws. Goedele antwoordde niet en stapte gauw binnen. Terloops was haar idee dat Justa haar gevolgd had en nageloerd langs den weg, maar ze dacht er niet verder over na.
Als ze hoorde dat Goedele tegen Justa opschoot, neep een strakke strengheid hare lippen te gare tot een bleek streepken en stond ze verontweerdigd rechte. Seffens moest Goedele vóor haar verschijnen. Ze beet haar toe: Wat is 't? Goedele zette zich, onverschillig, zonder ommezien, neer vóor 't klavier. Korter hakte het stekkig gezegde: Wat is 't? Goedele glimlachte.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek