Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 5 juli 2025
Nu hoorde hij nauwelijks meer naar des vinders jeeste, die hem bezong. Nu zag hij met kloppend hart neêr op de bloeiende roze, op de zoo blanke lelië, die bloeide aan Koning Assentijns voet. Nu voelde hij Vrouwe Venus hem heftig doorvaren; nu wist hij, dat hij beminde als hij nooit bemind had, zelfs niet zijn gestorvene vrouw.
De jonkvrouw was blijde de zoete koninginne, van wie zij in trouwen Lancelots jeeste zoo veel gelezen had, nu te zien met eigene oogen en te beminnen als eene koninginne van minne en zij bekende zelve Gwinebant te minnen, altijd bemind te hebben en te hebben gelogen tot Gawein toen hij stervende lag, onder de koningslinde.
Toen las Ysabele in de jeeste van Lancelot ook reeds door de clerken geboekt dat Lancelot, na drie wintermaanden gekerkerd te zijn geweest door een vijandelijken koning de traliën had verwrongen om eindelijk in Mei, in den kerkerhof, een prachtige roze te plukken, die hem denken deed aan zijn liefde, koninginne Guenever.... En Ysabele vroeg haar oom en ridder of hij ook, te harer hulde, zes kerkertraliën wilde verwringen, om een roze te plukken.... Zoo dat Gawein zich in een kerker op deed sluiten....
Mijn hooge heer, Lancelot, gij van wien ik las met Gawein, mijn ridder, uwe zoete jeeste, gij, de trouwste ridder van Kerstenheid, gij, de trouwe ridder van de "fonteyne aller schoonhede", koninginne Guenever o hoe geerne zag ik haar niet! gij moogt niet de Karre bestijgen! Het is Gawein, mijn oom maar ook mijn ridder, hij!, die de Kar bestijgen zal, om Gwinebant te verlossen!
Gij versloegt tachtig malen twaalf mannen, mijn oom? verwonderde Ysabele, terwijl zij buiten het duistere duwiere traden; over de trappen stegen en daalden eindeloos de burchtgenooten, zoekende. Gij versloegt zoo vele mannen, gij, alleen? Ja, ik weet, ik las er van in de jeeste, de zelfde, die de vinder ons gisteren zong!
Ik waag hem nauw in de oogen te blikken al zijn die zachte: hij is zoo hoogelijk verheven boven mij en hij is zoo trouw als een ridder niet en ooit was: de vinders hebben in zijne jeeste zijn trouwe boven alle lof verheven; hoe zoude ik, o Gawein, Lancelot gaan beminnen! Of mijn dood, Ysabele, zal komen van dat zelfde maagdelijn, zoo onnoozel en schamel, zoo zij Gwinebant beminnen gaat!
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek