Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 28 juli 2025
Fijn is in oud Nederduitsch, wat in zijne soort het toppunt van kunst en bevalligheid bereikt heeft. Zie Kiliaan. Drieselig, huiverig, schril, schrikachtig. Eng. dread, vreezen. Oud Hd. ih, intratu, vereor, er intriet, verebatur, in welk praeteritum de ie van drieselig teruggevonden wordt.
En toen toen werd ze huiverig, en sloot het venster, en begaf zich te bed, maar kon in den aanvang den slaap niet vatten, totdat ze eindelijk sliep, en akelig droomde: hoe ze pijlsnel in de diepte verzonk, en 't benauwd had, vreeselijk benauwd! want geen licht of lucht drong er tot haar door; alles was nacht, pikzwarte nacht; stikken moest ze.... levend begraven!
Die kerken zijn prachtig versierd, maar niet overladen; bij al de eigenaardigheden der bouworde blijven zij stemmig, en vooral dit maakt een aangenamen indruk. Ik ben ook wel eens huiverig wanneer men mij voorstelt eene kerk te gaan zien, omdat ik een onoverkomelijken afkeer heb van overdadige versierselen; die mij voorkomen in eene kerk 't allerminst op hare plaats te zijn.
Het spreekt van zelf dat wij allen evenveel haast hebben om de Straat over te zijn, maar met zulk eene buitengewoon lage temperatuur ben ik huiverig om den vasten wal te verlaten. Het is nu duidelijk dat wij te vroeg van Port-Clarence vertrokken zijn, laat ons oppassen dat wij van het eiland Diomedes weggaande dezelfde fout niet maken.
Wel had zij in de laatste dagen aan het minder vriendelijke gelaat van haar vader meenen te bespeuren dat hem iets in haar mishaagde, doch zij was huiverig geweest om dat minder vriendelijke voorkomen aan de ware oorzaak toe te schrijven, immers zij had het geraden gevonden, om vooralsnog hare liefde zoowel voor hem als voor de wereld geheim te houden, maar nu, geenszins had zij gedacht dat haar in plaats van dien edelen Spanjaard, een man ten huwelijk zou worden aangeboden, dien zij reeds bij een oppervlakkige beschouwing moest minachten.
Daarenboven heeft men opgemerkt dat deze dieren eenigszins huiverig schijnen te zijn om voorwerpen, die zich bewegen, te grijpen. Als Soun dus onophoudelijk in beweging bleef, liep hij het minste gevaar; men kan dus begrijpen dat hij heel wat beweging maakte. De scaphanders zetten hun tocht op deze wijze ongeveer een uur voort, juist lang genoeg voor Kin-Fo en zijne gezellen.
Ik had intusschen den eenigen stoel, die zich daarin bevond, voor mijn slaapplaats geschoven en, mij van mijn bovenkleederen ontdaan hebbende, kroop ik met de rest te bedde; want in de onzekerheid hoe de gesteldheid daarbinnen zou wezen, was ik eenigszins huiverig om mij geheel te ontkleeden. En inderdaad, mijn ligplaats was noch slechter, noch beter dan ik reden had mij voor te stellen.
Verkleumd en huiverig, met stijve beenen stappen wij uit, en vier paar handen gaan zich al spoedig, tot gloeiens toe, aan de hel-brandende hall-kachel warmen. We zitten in 't Noorden, in 't grijze, gure, akelige winter-Noorden. Den volgenden morgen worden wij door een echten orkaan wakkergeloeid.
Bij het einde der weilanden, op de zelfde plek, waar Charis mij had binnen geleid, sprong ik over de heining, draafde ik langs de rivier, even slechts te raden met huiverig bleeken afglans, draafde ik, draafde ik voort, Charis steeds liggende over mijn rug, hare armen vast om mijn nek. Hoe lang ik draafde? Ik weet het niet! Waarheen ik draafde? Ik wist het niet.
Hij was verbaasd, hoe wij sommige dingen zeiden, precies zooals hij dacht. "Dan moet er toch wat aan zijn van zielen, zielenverwantschap, enz.; ik word er nog huiverig van", zei hij met eene opglinstering van zijn ouden spot. Nu konden wij zijn spot beter verdragen, nu wij weten, dat het veelal slechts tot dekmantel diende van zijn warm gevoelen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek