Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 1 oktober 2025


Het duurde niet lang of Max Huber had het geluk een antilope te schieten, van de grootte van een zebra. Het was een Oryx, roodbruin van kleur met een zwarten streep over den rug en zwarte ringen aan de pooten. De horens van deze dieren zijn niet zelden een meter lang en dienen hun tot doeltreffend wapen, somtijds zelfs tegen een aanval van den leeuw.

Max Huber achtte het oogenblik gekomen om van zijn karabijn gebruik te maken, maar dadelijk sprongen Raggi en twee zijner mannen op hem toe. De Franschman ging achterwaarts, legde aan, vuurde en midden in de borst getroffen, stortte Raggi dood neer. Blijkbaar kenden de Wagdies het gebruik en de uitwerking van vuurwapenen niet.

De boom schudde zoo geweldig, dat Max Huber met zijn linkerhand Llanga vastgreep, terwijl hij met zijn rechterarm den stam omklemde. En werkelijk, daar lieten de wortels los en de boom neigde ter aarde, zonder met een geweldigen slag neer te komen. De ongelukkigen waren onmiddellijk op de been en snelden zoo hard zij konden, in de richting van het woud.

"Het denkbeeld is niet slecht", antwoordde deze, "maar de grootste voorzichtigheid moet er bij in acht genomen worden." "Ik zelf zal gaan", hernam Max Huber, "en ik zal voorzichtig zijn." "En ik ga mee", zei de voorlooper. "En ik", zei John Cort.

Toen hij dicht langs onze vrienden kwam, kon John Cort zich niet weerhouden, uit te roepen: "Maar het is een mensch!" "En nog wel een blanke!" liet Max Huber er op volgen. En inderdaad, er viel niet aan te twijfelen, het personage dat zich daar zoo deftig liet ronddragen, was zeer zeker geen inboorling, geen neger, maar een echte, onvervalschte blanke! "En hij kijkt niet eens naar ons!

Na een poos ontdekten zij het tweetal, staande op een hoogte aan den linkeroever, maar van andere menschen of van dieren was in den omtrek geen spoor te zien. Zij snelden dus op hunne vrienden toe en Max Huber ontving hen met de woorden: "Wij zullen niet noodig hebben een vlot te maken." "En waarom niet?" vroeg John Cort.

Waren zij te zwaar voor twee personen, dan zou gewacht moeten worden tot Max en Llanga terug waren. Eensklaps hoorde het tweetal luide uitroepen, in de richting van het Zuidoosten, juist waarheen Max Huber gegaan was. "Zouden zij in gevaar verkeeren?" vroeg John Cort. "Vlug! Laten wij gaan zien!" antwoordde de voorlooper.

"Vluchten?" herhaalde Urdax, en hij bedacht hoe hij dan alles verliezen zou, wat hij op zijn langen tocht met zooveel moeite en gevaren verworven had. "En waarheen moeten wij vluchten?" vroeg Max Huber. "Naar het woud." "En de negers?" "Daar is minder gevaar dan hier", hernam Khamis. Was dit werkelijk zoo?

John Cort, die met de karabijn in de hand voorop stond, bespiedde zorgvuldig de oevers. Mocht hij het een of ander wild bespeuren, dat eetbaar was, dan zou hij dat gemakkelijk neerleggen. En tegen half tien gebeurde dit reeds; de eerste buit was een waterbok, een soort antilope, die bij voorkeur aan rivieroevers leeft. "Een mooi schot!" riep Max Huber.

"Bedenk echter," zei Max Huber, "dat westelijk van ons kamp een stroompje liep in de richting van het woud. Misschien wordt het verder op wel een rivier en wij zouden dan van boomstammen een vlot kunnen maken... "Je gaat weer fantaseeren, Max," zei de Amerikaan. "Toch heeft mijnheer Max gelijk," hernam de voorlooper, "er is inderdaad een stroom, die in de Oebanghi moet uitloopen...."

Woord Van De Dag

palaemon

Anderen Op Zoek