United States or Latvia ? Vote for the TOP Country of the Week !


't Waren Willem Hooft en zijn vrouw, die, dadelijk na den inval der Spanjaarden in Saardam, met hun geld en kostbaarheden de vlucht hadden genomen naar Haarlem, waar zij veilig meenden te zijn. Zij noodigden de beide jongelieden vriendelijk uit, bij hen hun intrek te nemen, wat natuurlijk gaarne aangenomen werd. En het vijftal bracht den avond druk pratende door.

Denkt maar aan Oldenbarneveldt, aan De Groot, aan Maarten Harpertszoon Tromp, aan Hooft, aan Vondel, aan Rembrandt, aan zoovele anderen, die in verschillende opzichten medewerkten tot het bevorderen van den luister van ons vaderland.

Dog alsoo het Visje meer dan een gansche dag hadde doot geweest, ende in die tyd het hooft, ende oog, meer als de andere deelen van het lighaam was ingedroogt, heeft het den Teikenaar niet beter konnen sien. Tusschen C D. waren op de rugge verscheide korte uytstekende deelen. D E. is een vinne digte by de staart gelegen.

En hoe had een jong meisje zonder geleide in dezen boozen tijd een dergelijken tocht kunnen ondernemen? Willem Hooft en Maartje, zijne vrouw, hadden het haar ten stelligste ontraden. Eindelijk was het ook zelfs eene onmogelijkheid geworden door het beleg.

Was zulk een manshoofd uit hout gesneden, niet verguld noch beschilderd, dan noemde men het huis waar dit teeken aan den gevel stond: »het houten Hooft", of, te Amsterdam in de 16de eeu: »het houten Aangezicht." In 1600 stond te Delft een huis dat »Int houten Hooft" heette. En in het midden der 16de eeu hing ook te Amsterdam ergens dit huisteeken uit.

Vondel zong hem zijn "Koninklijke Harp" toe en Hooft raadpleegde bij 't schrijven zijner Nederlandsche Historiën hem over al, wat betrekking had tot hetgeen te Amsterdam in de Spaansche tijden en bij 't "geus worden" der stad was voorgevallen.

Weldra was de zaak beklonken en tusschen hen bepaald, dat het huwelijk zou voortgang hebben, zoodra hij zou terug zijn gekeerd van een zeetocht, dien hij nog te ondernemen had. Vóór zijn vertrek was hij op 't Muiderslot genoodigd, waar zich de gezusters, aan welke Hooft, gelijk gezegd is, tot vader, of, beter, tot broeder verstrekte, zich veelal onthielden.

Wat het hy in sijn hooft winckeltjes, en kassen, En hockels en laedjes, dosynen van Lyassen, Vol Assignatie, vol Oblygatie, vol boomery, Vol Wissel-brieven, vol Retour, en vol Factory, Vol konnossementen, en vol Konvoy-biljetten, En Kamers vol Journaels, Schuldt-boeken, Alphabetten, En Riemen kladt papiers, van loopende uyt-gift, En Tafels vol chijffers, en schalien vol schrift!

Reeds vroeger, bij den dood van haren vader, had hij aan het "vriendelijk paar Weesen" een aandoenlijken troostbrief in verzen geschreven, haar bemoedigende met het denkbeeld, dat Hooft haar voortaan tot een voogd en tweeden vader verstrekken zou: en nu een jaar geleden schreef hij uit Londen, waar hij zich bevond als Gezantschaps-Secretaris, een anderen berijmden brief aan 't waardige drietal, zijn vurig verlangen uitdrukkende om hen terug te zien.

Hy deed zyn haan onlangs uit gramschap ’t hooft afslaan, Omdat hy laater, als wel eer, was opgestaan: Hy zei een Pleiter had, wiens zaak niet wel wou vlooten, Hem listig omgekogt, en ’t beest gevult de pooten. Ja wel, de pikken schen die zotten met elkaar.