Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 28 juni 2025
Zelfs de Goeverneur, wiens geweten niet zuiver was, begon bang te worden, dat men hem om zijn wreed uitstel ter verantwoording zou roepen. Columbus verwonderde zich zelf, dat hij door allen met zooveel hoffelijkheid ontvangen werd. Maar noch hij, noch zijn zoon Fernando liet zich misleiden door de gehuichelde beleefdheden van den Goeverneur.
»Lieve hemel,« zei de heer in de groene jas, terwijl hij haastig en met groote hoffelijkheid opstond, »ik vraag u wel excuus, jonge dame ik dacht, dat 't een of andere indringerige.... ik vraag u wel excuus. Neemt u plaats alsjeblieft.« »Mijnheer Brownlow, geloof ik?« zeide Rose en keek van den anderen heer naar hem, die gesproken had.
Mijnheer Laurence, gezond en flink als altijd, was door zijn buitenlandsche reis even zeer verkwikt als de anderen, zijn barschheid scheen nagenoeg geheel verdwenen en de ouderwetsche hoffelijkheid had een kleine verfijning ondergaan, die haar aantrekkelijker maakte dan ooit.
De overgang zijner zwarte of roodvlammende visioenen tot de onverwachte werkelijkheid van Eva's verschijning, had Kartenglimp zoodanig verrast dat hij niet aanstonds een antwoord gereed heeft, maar nochtans in hetzelfde oogenblik een zeer sterk sprekenden trek van hoffelijkheid op zijn gelaat kan te voorschijn roepen.
Toen de donna dit hoorde, zeide zij zonder van gelaat te veranderen of van goed voornemen bij iedere daad: Mijn heer, doe met mij, wat gij gelooft dat uw eer en vrede is, want ik zal mij met alles vergenoegen, omdat ik weet, dat ik minder ben dan zij en dat ik de rang niet waardig ben, waartoe gij mij door uw hoffelijkheid gebracht hebt.
"Gij zijt onbillijk, Jonkvrouw," zei de ridder, zich verlegen op de lippen bijtende, en een toon aannemende, die hem natuurlijker was, dan de gemaakte hoffelijkheid, die hij eerst gebruikt had; "daar gij zelve door geen hartstocht bezield zijt, kunt gij de razernij van een ander niet verontschuldigen, schoon die door uwe eigene schoonheid veroorzaakt is."
De romantische verbeelding van het jonge meisje werd geprikkeld door de schoonheid en hoffelijkheid van den jongen vreemdeling en vaak onderzocht zij zijne wapenen en kleederen, of zij niet een kenteeken kon ontdekken, dat haar eenig licht omtrent zijne afkomst kon verschaffen.
Ofschoon hij de min goede zijde van zijn inborst slechts zelden vertoonde, en wanneer het pas gaf met het vernis der hoffelijkheid wist te bedekken, was hij over 't algemeen meer ontzien en gevreesd, dan bemind. Anders was het gelegen met Deodaat, wiens goedhartigheid en welwillende aard door ieder erkend werden, en hem de genegenheid van het gansche hof verworven hadden.
Jan nam met overdreven hoffelijkheid een roos uit de vaas, die altijd op Max' schrijfbureau stond, naderde Eva de Bruin, en bood haar, potsierlijk-gebarend, de bloem. O! o! riep Eva, gelukzalig. Ja, goed! riep Sneeuw, Eva is nu de heerscheres in het rijk der schoonheid, maar wie is de heerscheres in 't rijk des geestes? Eleonore! riep Max onmiddellijk.
Hierbij hielpen hem zijn rijkdom en zijn voorname afkomst, zijn prachtige tijdelijke woning in deze gouvernementstad, die hem een oud bekende, die er een bloeiende bankierszaak bezat, had afgestaan, verder zijn uitstekende kok, dien hij van zijn landgoed had meegebracht, zijn vriendschap met den gouverneur, die niet alleen een oud kameraad, maar een vroeger door Wronsky geprotegeerd kameraad was, bovenal echter zijn eenvoud en de gelijke mate van hoffelijkheid, die hij aan allen betoonde, waardoor hij de meeste edellieden terstond dwong hun meening omtrent zijn ingebeelden trots op te geven.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek