Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 28 juli 2025
"Voor timmerhout?" zeide Heitaro, terwijl hij zijn gelaat in zijn handen verborg. "Mijn geliefde wilgeboom voor een brug, die onophoudelijk het trappelen van voeten zal moeten dulden! Nooit, nooit, oude man!"
Heitaro, een jeugdige landbouwer, woonde vlak bij den boom, en daardoor was hij nog meer dan één van zijn makkers in innige gemeenschap gekomen met den statigen wilgeboom. De boom was bijna het eerst wat hij bij zijn ontwaken zag, en als hij van zijn werk op zijn akkers naar huis terugkeerde, zag hij steeds met verlangen uit naar zijn bekende gedaante.
Dikwijls brandde hij een stuk hout onder zijn takken, en knielde daar neder om te bidden. Op zekeren dag kwam een oud man uit dat dorp naar Heitaro, en vertelde hem, dat de dorpsbewoners een brug over de rivier wilden bouwen, en dat zij er bijzonder opgesteld waren, den grooten wilgeboom voor timmerhout te gebruiken.
"Ja," zeide het meisje. Ik heb noch vader, noch moeder, en de dag zal komen, dat gij het zult begrijpen." Heitaro en Higo huwden, en na verloop van tijd werd hun huwelijk gezegend met een kind, dat zij Chiyodo noemden. Hun woning was eenvoudig, maar de bewoners van het huisje waren de gelukkigste menschen van geheel Japan.
Toen Heitaro eenigszins zijn kalmte had teruggekregen, bood hij den ouden man sommige van zijn eigen boomen aan, als hij en de dorpsbewoners die voor timmerhout wilden aannemen en den ouden wilgeboom wilden sparen. De oude man nam gaarne dit aanbod aan, en de wilgeboom bleef in het dorp staan, zooals hij reeds zoovele jaren gestaan had.
Ik zal op u en Chiyodo wachten Mijn haar valt door de lucht neer! Mijn lichaam breekt!" Buiten werd een luid gekraak gehoord. De groote wilgeboom lag met zijn groene bladeren ordeloos over den grond. Heitaro keek rond naar haar, die hij meer liefhad dan iets op de wereld. Wilgevrouwtje was verdwenen! De Boom van den Eenoogigen Priester.
Toen Heitaro op zekeren avond onder den grooten wilgeboom zat, zag hij plotseling een prachtig meisje dicht naast hem staan, die bedeesd naar hem keek, alsof zij hem wilde toespreken. "Achtbare dame", zoo sprak hij, "ik zal naar huis gaan. Ik zie, dat gij op iemand wacht. Heitaro is niet onvriendelijk jegens hen, die liefhebben. "Hij komt nu niet meer", antwoordde het meisje lachend.
"Heitaro" zeide zijn vrouw, "het wordt donker!" De kamer is vol gefluister. Zijt gij daar, Heitaro? Luister? Zij vellen den wilgeboom. Zie, hoe zijn schaduw in het maanlicht siddert. Ik ben de ziel van den wilgeboom! De dorpelingen dooden mij. O, hoe hakken en trekken zij mij in stukken! Beste Heitaro, wat een pijn, wat een pijn! Leg uw handen hier, en hier.
Heitaro ging naar huis en vertelde de zaak aan zijn vrouw: "Ach, vrouwtje", zoo sprak hij, "zij zijn op het punt onzen dierbaren wilgeboom te vellen! Voordat ik met u gehuwd was, zou ik het niet hebben kunnen verdragen. Naar nu ik u bezit, kleintje, zal ik er misschien ter eeniger tijd overheen komen". Dien nacht werd Heitaro gewekt door het hooren van een doordringenden kreet.
Terwijl dit gelukkige paar hun verschillende werkzaamheden verrichtten, kwam er groot nieuws in het dorp. De dorpelingen waren er vol van, en het duurde dan ook niet lang, of het bereikte de ooren van Heitaro. De oud-Keizer Toba wilde in Kyoto een tempel bouwen gewijd aan Kwannon , en zij, die daarover te zeggen hadden, zonden wijd en zijd om timmerhout.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek