Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 28 juni 2025
Over de ellende en rampen, die ons volk troffen in dien droeven Franschen tijd, weet iedereen wat en soms uit ondervinding, in de familie, niet waar, Papa? maar wie vraagt zich af: Wat hebben de Oranjes toen geleden?« merkte Gustaaf op.
"Nu toe maar," zei hij. En de koe liep met kleine stappen verder. "Je loopt niet vlug," zei Gustaaf; want gedurig bukte de koe zich om een paar grassprietjes af te trekken. "Neen," zei de koe. "Ik heb geen' haast. De plaats, waar ik je brengen wil, is niet ver van hier." "Ik heb van morgen nog niets gegeten," zei Gustaaf. "'k Heb honger." "Daar is mijne melk goed voor," zei de koe.
Een kadraaier of kaaidraaier is een man, die met een roeivaartuig bij de schepen komt om eetwaren te verkoopen. De beroemde Zweedsche vlootvoogd Carel Gustaaf Wrangel vertoefde een jaar in ons land om de zeevaartkunde te bestudeeren; men zegt zelfs, dat hij op onze vloot gediend heeft.
Hoe heerlijk! Wat een gebedsverhooring! Hoe blij ben ik voor de Koningin! Een weldaad voor ons land! Die gelukkige Koningin-Moeder! en nog veel meer zulke uitingen ving hun oor op. Aan het telegraaf- noch telefoonkantoor zou Gustaaf vooreerst geen beurt krijgen. »Dora moet maar wat wachten.
Kom aan, geene praatjes, je moest het ook eens wagen, Dolf te laten wachten." Met zette ze Gustaaf met zijne bloote voeten op den vloer. Zoo leerde Gustaaf vroeg op te staan, ook als men er geen' lust in heeft. Hoe boos ons heertje was, dat hij zijn eigen zin niet kon volgen, kan ik niet zeggen. Met een pruilend gezicht ging hij naar Dolf.
Reeds in 1656 had de oorlogzuchtige koning van Zweden Karel Gustaaf, door het belegeren van de stad Dantzig, die wij als de korenschuur van Nederland aanmerkten, onze Staten genoodzaakt, een vloot van acht-en-veertig schepen naar de Oostzee te zenden. Het doel van dezen tocht was bereikt en de vaart op de Oostzee bleef vrij.
We wonen niet in Zuid-Holland. Mag ik heusch?« »Ja, heusch! Hoe het kan is mijn geheim, je mama en Gustaaf hebben dit geheimpje ook goed bewaard, dat merk ik wel. Nu, Gustaaf was geen zoon van mijn Hendrik, als hij niet zwijgen kon.«
»Iets dat de Koningin gaat gebruiken, wat bedoelt u, Grootmama?« De blik van verstandhouding met Gustaaf gewisseld, ontging het jonge meisje niet; toen de oude mevrouw antwoordde: »Waarin zal de Prins of Prinses over dag rusten? Immers in de Haagsche kamerwieg, meisjelief, die mag je morgen gaan zien.« »Wat, Grootmama! Ik? Dat kan immers niet, ik heb er niet aan bijgedragen.
Ze gaf Gustaaf nu een grof hemd van ongebleekt katoen, een pilot broek, een blauw boezeroen en een paar klompen alles gezocht uit het beste goed van Jakob. Maar dat ze hem die kleeren lieten dragen, was volstrekt niet, om hem te laten voelen, dat hij niets meer dan Jakob mocht lijken.
Mijn reis- en landgenoot Gustaaf Gaedecke en ik, waren op het punt het schip te verlaten, toen mijnheer Beckmann, de Directeur van de Duitsche Handel- en Plantage-Maatschappij, aan boord kwam, en nadat hij eenige woorden met den kapitein gewisseld had, zich met de vraag tot ons wendde, of wij de twee pas aangestelde bedienden uit Hamburg waren.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek