United States or Pitcairn Islands ? Vote for the TOP Country of the Week !


Nu gaan we den kost zoeken, jongen. 't Wordt tijd, dacht Treite. Ze reden op de werf van een boerenhof en Manes trad stoutweg naar de huisdeur en binnen de woning en wat later bracht hij waarachtig twee stukken brood met vleesch er tusschen bij Treite die de wacht gehouden had bij de honden. Ze kropen in de opene schuur en muffelden met gulzigheid den geschooiden kost binnen.

Zij leefde in eene wellustige bedwelming; zij had zich niet kunnen voorstellen dat iets gebeuren kon van wat zij nu met gulzigheid beleefde; ze beleefde eene liefde, die heerlijker en vollediger vorderde in een ongeraden groei. Zij was op geen enkel oogenblik bewust van een geluk, dat zij voor een mirakel aanzag, en ze ging door de dagen gelijk een kind zonder toekomst en zonder verleden.

Juanilo, die onderhouden werd op kosten van het kapittel der kathedraal, had een automaat vervaardigd, die elken dag op een vooraf vastgesteld uur uit zijn huisje trad, zich dan met onverstoorbare kalmte naar de keuken der kanunniken begaf, daar in een mandje den maaltijd voor zijn meester ontving, den kok eerbiedig groette, dan op zijn hielen omdraaide en zonder de minste onbescheidenheid of de allergeringste gulzigheid dadelijk naar de woning van zijn heer terugkeerde.

Dit maakte hem verdrietig, en hij kon zich niet weerhouden een steen te werpen naar de eend die door z'n gulzigheid oorzaak was van Amalia's twijfel aan zijn riddereer. Maar de molens schenen zich niet te storen aan de gebeurtenissen van den middag en klapperden dapper voort.

Zoo sprekende ging mijn bewonderaar tegenover mij zitten, terwijl men een bord voor hem op tafel plaatste. Allereerst wierp hij zich op de omelet en dat met zulk een gulzigheid, alsof hij in geen drie dagen een stukje had gegeten. Te oordeelen naar de wijze waarop hij er mee omsprong, zag ik wel dat zij spoedig naar binnen gewerkt zou zijn.

De gulzigheid straft den gulzige. Gula punit Gulax. De indigestie is door den hemel bestemd om de magen wijsheid te leeren. En let wel op: ieder onzer hartstochten, zelfs de liefde, heeft een maag, die men niet te zeer mag vullen.

Jammerend en badend in tranen, viel de Traagheid van vermoeienis op heure knieën; vervolgens kwam de magere Nijd, met een slangekop en hoektanden, die de Traagheid beet omdat zij te veel heur gemak zocht, de Gramschap omdat zij te levendig was, de Gulzigheid omdat zij te veel gegeten had, de Onkuischheid omdat zij te rood was, de Gierigheid ter oorzake van de schalen, de Hooveerdigheid omdat zij een purperen kleed en op het hoofd eene kroon droeg.

Op den gewonen tijd ging hij weg om koffie te drinken. Hij ging natuurlijk ergens waar hij wist, dat niemand komen zou dien hij kende. Hij at een paar taaie broodjes met vleesch, in jachterige haast groote brokken verduwend, zich ergerend weer over die gulzigheid, en dronk wat van zijn koffie, die slecht was en akelig zoet, want hij had er, abstract, al de klontjes ingegooid.

Met gretigheid en met eene onbegrijpelijke blijdschap zette het jongsken zijne tanden aan het brood en beet er eenige malen driftig in, tot hij een weinig meer dan de helft er van gegeten had; dan hield hij eensklaps op, bezag het stuk meer dan eens met gulzigheid, bracht het meer dan eens aan zijnen mond, doch at er niet meer van.

Dit was teveel voor den trotschen Berenger, wiens honger nu grooter bleek te zijn dan zijn tegenstand. »Groote Godenroept de dichter uit, »met welk een gulzigheid at hij! Hij bewoog zijne handen zoo vlug, dat de Cid de bewegingen niet kon volgenToen gaf de Cid hem de vrijheid en zij scheidden als goede vrienden.