Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 7 mei 2025
Men weet hier onmiddellijk, dat Groo'moe altijd de "bufferstaat" tusschen de beide anderen is! Zij tempert grootvaders strengheid en vergoelijkt Geertje's dartele jeugd. Het eten stond er al. Aan tafel, zei Groo'va, met dat vreemd-gedempte, dat zijn stem kreeg, wanneer hij een woord van boosheid weerde.
Och, het was toch een lieve kamer, met al die mooie planten voor de ramen, en het bijna witte behangsel en het eikenhouten harmonium.... Nu aten zij: grauwe erwten met ham, door Groo'moe gekozen als Geertje's lievelingskost. Maar Groo'va had de ham niet zoo mooi dun gesneden als anders.
De beide laatste, door mij in den tekst gecursiveerde woorden vormen daarneven van die beeldende trekjes, zooals er meerdere in dit hoofdstuk voorkomen, die ons onmiddellijk Geertje in heel haar luchtige en vroolijke jonkheid voor oogen brengen. Groo'vas voorhoofd was gefronst, dat zag ze zoo als ze binnenkwam. Waar blijf je nou toch? zei Groo'moe. Op haar gezicht was enkel droefheid.
Loom het hoofd heffend, zag zij even hem aan; toen zonk haar blik, als te moe, langs hem neer. En toonloos-koel liet ze vallen: Ik heb et u ommers al geschreven. Geschreven!?... Je brief was één weefsel van leugens. Bedrogen heb je me, en al zoo lang! Mij en oom, zelfs Groo'moe nog! Als die dit had moeten beleven! Niets dan de schand'lijkste zonde en leugen. En dat een kind van zóóveel gebed.
Even bleef ze nog zoo liggen, schuin het hoofd, als sliep ze aan Grootmoeders borst; de kleine vleezige hand van Groo'moe streek langs haar wang; toen kreeg ze kleurlicht in de oogen, en, kijkend, zag ze de zon, die plotseling was gekomen, door de Aprilregens heen, en de kamer vroolijk maakte.
Goeie Groo'moe, zei ze troostend, en wrong voorzichtig zich los. De Heer ... zij ... met je, beefde Groo'moe's stem. Ja Groo'moe, zei Geertje, en zocht haar taschje.
Nu eerst ònzen tekst verder: 's Zondags, en altoos bij iets bijzonders, deed Grootvader een lang gebed. Dus had ze dit nu wel kunnen verwachten. Al toen Groo'va bad van "gebrokenen van hart" hoorde ze een snik van Groo'moe. En toen Grootvader bad, dat God háár tot een Rotssteen mocht zijn, snoof en snikte Groo'moe zoo, dat Geertje even door de ooghaartjes trachtte te kijken....
En Groo'moe, die in Geertje's kamertje door het zolder-raampje keek, zag haar zwenken, lenig en vlug. Hoe mooi is hier de stemming van dat oude dorpje getroffen, die kerk, die school, het eenzame pleintje. Stil blijven ze achter in hun onverstoorden, zuiveren eenvoud.... Het bij hen behoorende kind trekt naar de groote stad.... Is ze even droevig, dat ze grootmoe niet meer ziet?
Och kind, hikte Groo'moe. Heusch Groo'moe, Geer zal goed oppassen. Zelve als in tranen vervloeiend, drukte ze het hoofd in Grootmoeders schoot, vlijde er mee op tegen Grootmoeders breede, alzachte borst, de oogen toe, als om niet te weten. Ga nu weer zitten, de tijd is kort, hoorde ze Grootvader zeggen.
Ik sla nu een stukje tekst over en haal het eigenlijk afscheidnemen van Grootmoeder en Geertje aan: Grootvaders lange gestalte stond in de deuropening. ... Nou Groo'moe.... Nou kind...! 't Was of Groo'moe haar niet loslaten kon. Ook zij was aangedaan. Maar ze hoorde Groo'va zeggen: 't Is tijd! en toen kreeg ze opeens een schrik, een vrees dat ze den trein niet zou halen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek