Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 1 juli 2025
Overgebleven of volgens R. 359, 361 of 362 bereide boekweitegort doet men, als ze goed is uitgedijd, in een vorm, waarin men ze stijf laat worden. Men snijdt de koude gort in dunne reepen, doopt die met de breede zijden in een geklopt ei en vervolgens in geraspt brood en bakt ze aan beide zijden lichtbruin in boter of olie. Boekweitemeelpap.
"Zeg, hoor eens, jij, zijn ze werkelijk goed?" "Flensburgsche, mijnheer! geen van Ostende!" "Flensburgsche, ja! maar zijn ze wel versch?" "Gister pas aangekomen." "Dan moeten wij maar met oesters beginnen en ons menu geheel veranderen." "'t Is mij om 't even! Ik had het liefst tsji met gort! Maar zoo iets kan men hier toch niet krijgen."
Jan in den zak. Men neemt 5 ons kwetsen, van rijst en gort ieder 3 o., 7 1/2 l. en een weinig zout. Een goed uitgewasschen doek wordt in een diepen schotel gelegd en daarin het bovengenoemde, laag om laag.
Aan het einde van dit aangenaam pad steekt het groene torentje van Schoorl spits in de hoogte, om op het eigenlijk dorp en zijne vele graanakkers neder te zien, waar de gort geoogst wordt die tot de vermaardheden der Alkmaarsche markt behoort.
In het midden staat de tafel, waarop een rijkdom van schotels: heerlijke ossenrolenden, speenvarkens, kalfsschijven en vette hammen als vleeschspijzen; hazen, konijnen en een reebout als wild; kalkoenen, hoenders, duiven, als gevogelte; zee- en riviervisch en vooral "oysters" , zoo versch als gebraden, als waterproduct; gort, erwten en boonen, op verschillende wijzen toebereid, salade en radijs als veldvruchten voorkomen.
"Wenscht u misschien gort
De gort moet men met kokend water en eenige citroen schijven, zonder pitten, of een weinigje azijn, waardoor zij nog witter wordt, op het vuur zetten en zacht laten koken. Na verloop van een uur giet men het nat door eene zeef, en voegt er de noodige suiker bij. Om wei voor zieken te maken.
"Ik moet weer koffie hebben en suiker en gort en wat rijst en meel en bruine boonen van alles weer evenveel als altijd, als 't je blieft. Hier is mijn mand." En een groote hengselmand van den grond nemend, zette zij die op de toonbank. "Grootmoeder wat beter?" vroeg de bediende, terwijl hij de verschillende zaken afwoog en in zakjes deed.
Onder de tafel, aan zijn voeten, had hij den zak met de paardehuid er in neergelegd; want wij weten immers, dat hij zich ter wille daarvan op weg begeven had, om deze in de stad te verkoopen. De gort wilde hem maar niet smaken, en daarom trapte hij op zijn zak, en de droge huid in den zak maakte nu een knarsend geluid.
"Ik dacht, kommandant, dat die arme zielen misschien de gort wel zouden lusten, die wij vanmorgen hebben overgehouden!" "Wel, vraag het dan, kerel! Van mij heb je permissie!" antwoordde hij. "Alstublieft, kommandant," zei ik, liep de loopplank af en haalde de jongens, die op hun sukkeldrafje al een heel eind ver geloopen waren, spoedig in. "Hei, hei!" riep ik.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek