Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 10 oktober 2025
Doch met zulke woorden waren de Nederlanders niet gediend en zij zagen zich thans des te meer genoodzaakt, naar andere hulp om te zien, dewijl intusschen de hertog van Parma op nieuw groote voordeden behaald had. De zachtmoedigheid, door Farnese jegens de Gentenaars aan den dag gelegd, had goede vruchten gedragen.
Jan Borluut had zijn mannen doen blijven om volgens het gebruik des oorlogs het slagveld tot des anderendaags te bewaren, slechts weinig hadden door te hevige geestdrift dit bevel miskend; de bende welke hij met zich had, bestond nog uit drieduizend Gentenaars : ook waren er menigvuldige mannen van alle wapenen die, door moeite of wonden afgemat, de vijand niet konden najagen en diensvolgens op het slagveld waren gebleven.
Toen de Gentenaars in 1452 de stad innamen, werden vier personen wegens verraderij onthoofd: Jan en Lieven Willems, Lieven Boene en Everaard van Botelaer. Bij deze belegering verloren de Gentsche bakkers «eenen rebaude ende twee taergen.» In het begin der XVIe eeuw was de stad nog niet groot, maar zeer rijk. Zij telde honderden tapijtwerkers, wier voortbrengselen heinde en verre gezocht werden.
Hier begon alweder eene bloedige worsteling. De Gentenaars waren door den uitgebroken muur in groot getal binnen de kapel gedrongen, en onder een luid krijgsgeschreeuw vielen zij de verraste Kerels met groote woede aan.
Onze graaf Willem Van Loo zal zeker wat tijds behoeven om zijne heirkracht in te richten; hij is een ervaren en voorzichtig krijgsman, die niets onzekers wil wagen. Men handelt niet met een talrijk leger als met eene geringe bende. Gij ziet wel dat de Gentenaars, die door de Isegrims sedert acht dagen worden verwacht, nog niet verschenen zijn."
Mijnheer Jan Borluut met zijn Gentenaars liep nevens de wallen der stad, en viel Lebrum ter zijde aan; de beenhouwers met hun Deken Breydel draaiden om het kasteel van Nedermosser en besprongen de Franse legerplaats langs achter.
Terwijl een gedeelte der Gentenaars zouden arbeiden, om dwars door eenige muren de opperste gaanderij des tempels te bereiken, zou een ander gedeelte, door de wapenknechten en ridders ondersteund beproeven of men de groote buitenpoort niet bij middel van vuur zou kunnen vernietigen, en dus eenen vrijen doorgang bekomen om de Kerels in de kerk zelve aan te tasten.
Niets was in staat den steeds klimmenden haat der ambachtslieden te dooven, zelfs de stem van Artevelde, den Wijzen Man, was niet krachtig genoeg om de opgewonden bevolking kalmer en redelijker te maken. Allengs vergaten vele Gentenaars, al wat zij den Wijzen Man verschuldigd waren; zijn invloed verminderde en benijders, vijanden, schijnen getracht te hebben zijn goeden naam te bezoedelen.
Eenige ridders hadden te Kortrijk het voornemen opgevat eene vermetele poging te beproeven om Brugge bij verrassing te winnen. Gervaas Van Praet had dit waagspel ten sterkste afgekeurd, te meer daar hij besloten had Brugge slechts te bewaken, om te beletten dat het hulp uit Kerlingaland krege, totdat de Gentenaars met de beloofde stormtuigen zouden aankomen.
Weldra werd de deur der cel geopend, en Gwyde, de broeder van Robrecht, trad langzaam en met verslagen gelaat binnen; hij naderde bij hem, en sprak: "Een groot ongeluk, mijn broeder, treft ons heden in een man die ons allen dierbaar is, de Gentenaars hebben hem op het slagveld uit de doden opgehaald, en hier in het klooster gebracht; zijn ziel zweeft op zijn lippen en wellicht is zijn stervensuur nabij.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek