Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 2 juni 2025


De goede Boges wenscht u een ongestoorde rust. Houd u goed, geknakt bloempje, bonte adder, die zichzelve wondde, gevallen pijnappel." »Onbeschaamde!" riep de koningsdochter in hare verontwaardiging. »Ik dank u," antwoordde het lachende monster. »Ik zal mij over uw gedrag beklagen!" dreigde Nitetis. »Wat zijt gij beminnelijk!" antwoordde Boges. »Verwijder u uit mijne oogen!" riep de Egyptische.

«Als bagagezei hij. «Ik ben er bij als het noodige aanhangsel!» «Daar zitten die tweezei de ijsjonkvrouw. «Vele gemzen heb ik verpletterd, millioenen Alpenrozen heb ik geknakt en gebroken, zelfs de wortels spaarde ik niet! Ik wisch ze uit, die gedachten, die geesteskrachtenEn zij lachte. «Daar rolt weer een lawinezei men beneden in het dal. De petemoei.

En hing uw hoofdje, toen gij daareven uw kransje zat te vlechten, niet zoo droef op zijde als een geknakt bloempje?"

Wouter wist dit by treurige ondervinding, en liet moedeloos den storm over z'n hoofd waaien, die toch niet kon bezworen worden. Jammer evenwel dat er ook in hemzelf iets verstopt, en dus bedorven was. 't Hoog gevoel dat hem gewoonlyk bezielde, was geknakt. Hy had 'n laagheid begaan! Zóó gevoelde hy. Geen dominee kon 't wegpreeken! Ja, God-zelf niet!

De oude jood, achterover geknakt, ademde steunend, de oogen gesloten, den mond en den neus en de rimpels als harde knarsen in 't barstig gewar van den baard. "Je was eerst zoo vroolijk", zei Eleazar: "en nou w

Nadat zijne gezondheid reeds bij den eersten veldtogt was geknakt, overleed hij den 15 Maart 1696 te Leeuwarden, algemeen om zijne deugden en verdiensten diep betreurd. Zijne edele moeder, Prinses ALBERTINE AGNES, overleefde hem slechts twee maanden, daar zij den 14 Mei 1696 op het door haar gestichte lusthuis Oranjewoud overleed .

Hij drukte nog dikwijls zijne spijt uit daaromtrent en deed het altijd met zoo 'n lage, droeve stemme, dat men algauw beseffen kon hoe danig hij gekrenkt, geknakt, gebroken was erdoor. Ik en hebbe naar 't gebod der Voorzienigheid niet geluisterd, zei hij. 't Gebod der Voorzienigheid, zoo heette hij zijne roeping.

Gebogen en scheef hing nu de windwijzer, en onbeweeglijk was hij aan de roestige stang vastgebleven, zeker wel om hoog en wijd en zijd de waarheid te prediken, dat wie met alle winden mede wil draaien er eindelijk door geknakt wordt.

O, ik loop zoo droefgeestig door ... Nu maar geen kenissen ontmoeten en lief moeten praten; liever maar alleen op een bankje zitten, met die onweêrhoudbare tranen de oogen vol. Het is niet om mij, ik ben gelukkig; er is zoo veel liefs òm mij; ik ben nog door het leven bedorven geworden; het is niet om mij. Het is, omdat het zoo is. Omdat wij oud worden en zachtjes gesloopt, en geknakt.

Hij had zijn linkerhand in den arm van Mevrouw Clara gestoken; maar met de rechter steunde hij op den bedelstaf, allen konden dien zien; hij was van bruin bamboes met ivoren knop. De vrouwen taxeerden Clara. Ja zeker was zij eenvoudiger gekleed, véél eenvoudiger dan vroeger; toch was er, als men goed toekeek, iets irriteerends aan haar; echt geknakt was ze in 't geheel niet.

Woord Van De Dag

verduldige

Anderen Op Zoek