United States or Norway ? Vote for the TOP Country of the Week !


De hoofdzaak was, dat de jonge houtsnijder Gaetano was. Het was als had zij met hem gesproken. Zij meende te hooren hoe de deur achter hem dichtviel. En na dezen droom rijpte het plan in haar, dat zij een spoorweg moest aanleggen tusschen Catania en Diamante. Gaetano was zeker tot haar gekomen om haar te verzoeken dit te doen. Het was een bevel van hem en zij voelde, dat zij hem moest gehoorzamen.

En er waren slechts steenen, geen enkele grashalm! Wat had Gaetano nu wel van de lava gedacht? Donna Elisa vermoedde, dat hij meende, dat de lava zoo vlak en glad langs den Etna stroomde, als die op straat ligt. Maar in den Etna was zooveel tooverij. Kon hij begrijpen, dat alle slangen en draken en heksen, die in de kokende lava lagen, er mee uitstroomden, wanneer er een uitbarsting was?

Nu zou zij hem niet meer in haar huis mogen behouden. Nu zou ze nooit zijn vergiffenis ontvangen. O, God! O, God! En dit alles zeide zij tot Gaetano, die de zwarte Madonna van Diamante meer vereerde dan iets anders. Hij naderde haar nu heel dicht, en zij vreesde dat haar laatste uur geslagen had. Zij zei met zwakke stem als om zich te verontschuldigen: "Ik ben waanzinnig.

Zij wil hem bevrijden uit de gevangenis, maar ze wil niet de vrouw van een vrijdenker worden. Slechts een half uur wil donna Elisa Gaetano voor zich zelf behouden, slechts een enkel half uurtje. Maar zoo lang zal zij zeker niet kunnen zitten met zijn hand in de hare en hem duizenden vragen doen, want het volk heeft zijn komst reeds vernomen.

't Was klaarlichte dag en donna Elisa en Pacifica stonden naar hem te kijken. En Gaetano zat op de trap met zijn schoenen onder den arm, den hoed op het hoofd en zijn bundeltje aan de voeten. Donna Elisa en Pacifica schreiden. "Hij wilde wegloopen van ons," zeiden ze. "Waarom zit je daar, Gaetano?" "Donna Elisa, ik wilde wegloopen."

Want pater Gondo preekte nooit in de kerk, maar verzamelde altijd de menschen om zich heen op een marktplein of bij een stadspoort. De geheele markt was zwart van menschen, maar Gaetano, die op de leuning van de raadhuistrap zat, kon pater Gondo, die op den rand van de bron stond, duidelijk onderscheiden.

Het was goed voor haar, dat er nog iemand was, die het hoofd tegen haar schouder legde en weende over haar verdriet. Donna Micaela, die gedurende drie jaar Gaetano had liefgehad, zonder ooit te denken, dat zij elkaar eens zouden toebehooren, had zich aan een eigenaardige soort liefde gewend. 't Was haar genoeg te weten, dat Gaetano haar liefhad.

Donna Elisa kon het niet verdragen, dat het zomerpaleis niet versierd was. Zij wilde, dat dezen keer niets aan San Sebastiaans feest zou ontbreken. En zij vreesde, dat de heilige Diamante en Gaetano niet zou helpen, indien het oude paleis der Alagona's hem niet vierde. Donna Micaela kwam terug, bleek als een ter dood veroordeelde en gebogen alsof zij een tachtigjarig besje was.

Hij klemde zich aan de leuning vast, verhief zich boven alle anderen en begon hetzelfde als zij te roepen, maar veel luider, zoodat zijn stem boven alle andere uitklonk. Donna Elisa hoorde dit en het scheen haar te mishagen. Zij trok Gaetano naar beneden en wilde niet langer blijven, maar ging met hem naar huis. Maar midden in den nacht stond Gaetano op van zijn bed.

Hij wilde de signora in het geheel niet zien. Kon pater Jozef haar niet zeggen, dat Gaetano het klooster nooit zou verlaten, en dat het haar niets baatte hem dat te vragen? Neen, pater Jozef zei, dat het niet ging haar te laten vertrekken, zonder dat zij hem gezien had, en hij sleepte Gaetano half naar de ontvangkamer. Daar stond ze bij een der vensters.