Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 27 september 2025
Deeze Hagedis heeft, even als de Kayman, een getande rug en staart, en beiden hebben de laatstgemelde zeer spits. Het wyfje legt haare eijeren insgelyks in het zand. Men ziet dit dier dikwils op gronden, die met heestergewassen en planten bedekt zyn, alwaar de Indianen het zelve met pylen doodschieten. Zy eeten gaarn van deszelfs vleesch, het welk zeer wit en zeer lekker is.
Excuseer my, myn Heer; huisselyke bezigheden, en myne zwakheid laten my dit niet wel toe. De Heer R. Deze vriendelyke Juffrouw zal dan wel gelieven mede te gaan? Juffrouw Lotje. Ik zou 't gaarn doen, maar ik moet morgen ogtend tydig by myn Oom en Tante zyn, om naar den Hout te ryden. De Heer R. Zo dat, Mejuffrouw, gy zult u dan met myn gezelschap alleen zien te vermaken?
Myn eigen lief kind! alles is nu wel, alles is afgedaan; ik weet, dat gy het oprechtste meisje van de waereld zyt; en dat gy ook doen zult, méér nog dan gy my belooft. Na nog wat zittens en minzaam samenpratens, vroeg zy my, of wy wat wilden gaan musiceeren? ô Zeer gaarn, zei ik.
Om uw eigen fatsoens wille wenschte ik wel, dat gy er geen woord van gekikt hadt; dan kon ik ook dit zot stukje op de grote lyst uwer overige Beuslaryen hebben aangetekent, en, om dat ik niet geemlyk van aart ben, het u gunstig gepardonneert hebben. Ik zeg niet gaarn onaangename waarheden, en vooral niet aan zulken, die ik, 't zy dan ook om wat reden, in zekeren zin wel lyden mag.
Ik zie gaarn dat men zich wel kleedt, maar my voor een kenster in de kledingskunst uittegeven, daar zal ik wel afblyven. Myn geest is niet geschikt tot het uitoeffenen van zulke verhevene zaken. Nu, zo als ik zeg, neem het niet te zwaar op, en werk met orde. Gy weet wie ik ben? Uw Zusters Vriendin, Men maakte er o.a. beursjes van. Tot naricht. Vest. Zuster lief!
Zy verhaalde ons, dat zy uitnement vriendlyk was ontfangen; en dat zy de vryheid had, om een taffen Sak te kopen, doch dat zy eene der Juffrouwen zou verzoeken, om met haar te gaan. Zy hadt ook haar speldegeld, en nog twee ducaten extra gekregen; nu vroeg zy my, of ik de taf wilde kopen? dat ik met een, gaarn lieve Lotje, beantwoordde. Kon ik haar dat óók beduiden!
Vandaag is 't Sinter Marten En morgen Sinter Krukken, Wij komen uit goeder harte En hadden zoo gaarn een stuksken: Een houtjen of een turfjen In Sinter Martens kurfjen, En wij zullen van hier niet gaan, Of wij hebben wat opgedaan. Sinter Marten is zoo koud, Geef 'm een turfjen of een hout, Om zich bij te warmen Met zijn bloote armen. Geef wat, houd wat, Tegen 't jaar al weer wat.
En dit is de canzone, welke begint: Altijd, eilaas! wanneer ik val aan 't peinzen Dat ik hier nimmermeer De Vrouwe weer zal zien die mij ontviel, Ziet zulk een heir van pijnen rondom grijnzen Mijn overdroeve ziel, Dat ik mijzelven vraag: "Waarom begeer Ik nog dit leed te dragen dat zoozeer Mij pijnt en tot een last maakt heel dit leven, Dat ik, vervuld van smart en vreeze groot, Aanroep den zoeten Dood, Of hij mij eindlijk rust en vree zal geven; Zeggend: O kom! zòò gaarn ben ik bereid, Dat ik nu elken stervende benijd."
De reuk myner gaven verspreidde zich ook spoedig; de Groten der aarde verruilden ook gaarn myne toelichtingen voor hunne tydelyke goederen; edoch, dit getal is echter niet groot. Dus raakte ik ook bekent met de vrome Juffrouw Hofland, die gy als een andre Saulus vervolgt. Ik slyt vele opgewekte uurtjes met haar.
Deeze Hagedis heeft, even als de Kayman, een getande rug en staart, en beiden hebben de laatstgemelde zeer spits. Het wyfje legt haare eijeren insgelyks in het zand. Men ziet dit dier dikwils op gronden, die met heestergewassen en planten bedekt zyn, alwaar de Indianen het zelve met pylen doodschieten. Zy eeten gaarn van deszelfs vleesch, het welk zeer wit en zeer lekker is.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek