Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 1 juli 2025


Hoe, wat? kon Aquaviva zich niet weerhouden in de grootste ontsteltenis uit te roepen, die gruwelijke afgoderijen! Ik erken, hernam Akbar bedaard, dat er bij zijn, waarop die benaming wel toepasselijk is. Maar dat is toch lang niet met alle het geval. Niet waar, Feizi?

Weinig of niets antwoordde Feizi, heb ik tot nog toe te voegen aan 't geen onze waardige vriend daar in 't midden heeft gebragt. De twijfel, waarvan hij gewaagde, werd trouwens in die oude tijden, tot welke de voormalige zonnedienst moet worden teruggebragt, ook vrij wat sterker nog uitgesproken dan in het door hem aangehaalde Veda-lied.

Zie op! sprak Feizi weder, en ontvlugt den blik van uw vroegeren vriend niet meer! De woorden, die ik eenmaal in toorn tot u rigtte, waren zeker niet onverdiend, maar voor een man van uw karakter toch inderdaad een vreeselijke, misschien ook al te harde straf; en ik weet, door Koelloeka, welk een indruk ze op u hebben nagelaten en tot welke verkeerde handelwijze ze u bijkans hadden vervoerd.

Vergeet ik dat soms, of verlies ik het voor een oogenblik zelfs uit het oog, roep dan, Feizi! gelijk ook Aboel Fazl deed, den heiligen vorstenpligt weder op voor mijn geest en spreek weer tot mij gelijk gij dezen nacht gesproken hebt!... De ontdekking

Maar ik wist toenmaals nog in 't minste niet dat eenige band van vriendschap u aan Feizi verbond; en later, toen ik tot mijn niet geringen schrik het bemerkte, ja! toen had ik sterk genoeg moeten zijn om onze verdere betrekking af te breken, althans om u eerlijk te bekennen wie ik was.

En den laatsten regel herhalend, verbeterde hij de uitspraak van een der daarin voorkomende woorden. Nu, ik kom er nog al wél af! riep Feizi vrolijk uit, maar zegt gij mij nu ook eens een spreuk van Bhartrihari voor! Gij kent er toch zeker wel een enkele van buiten.

Maar een jong man als gij loopt er bij ongeluk toch wel eens in, vooral aan zoo'n hof als 't onze, en mogt dat soms eens gebeuren en gij u in verlegenheid bevinden, kom dan gerust bij Feizi; die kan u misschien nog wel eens uit den brand helpen. En zonder antwoord of dank af te wachten keerde de broeder des Ministers zich om, en ging naar zijn binnenvertrek terug....

Een alleredelst dier! En hij begon zich te verliezen in lofredenen op het paard van Feizi. Hij bevalt u alzoo? sprak deze, nu, dan zal ik hem op uw stal laten brengen. Gij kunt hem houden als gij wilt; en in den aanstaanden veldtogt zal hij u wel te pas komen. Uw schimmel is, ik erken het, een fraai paard en heel goed gedresseerd, maar, zoo 't mij voorkomt, niet zoo heel sterk.

Mijn waarde broeder! sprak nu Aboel Fazl, het woord tot Feizi rigtend, uwe redenering schijnt mij volkomen logisch, en toch voldoet ze mij nog evenmin als, geloof ik, onzen geëerbiedigden Keizer. Wat hebt gij, wat hebben wij nu over 't algemeen aan dat begrip van het Alzijn en Alleven? Wat geeft het óns? Wel, antwoordde Feizi lagchend, het behoeft u ook niets te geven, als het maar waar is.

Dezen avond ten minste zou de regtzinnige Musulman er niets bijzonders hebben opgemerkt, hoewel hij zeker nieuwen aanstoot aan de gesprekken zou hebben genomen die er worden gevoerd, ten minste.... indien hij in staat ware geweest ze geheel te volgen. Feizi, Aboel Fazl en de vóór eenigen tijd uit het Noorden teruggekeerde Brahmaan Koelloeka waren daar met den Keizer bijeen.

Woord Van De Dag

galoppeer

Anderen Op Zoek